Jordi Lopez: Verscheurd of dankbaar?

Catalaan Jordi Lopez, middenvelder bij Vitesse, speelde bij Madrid en Barcelona. Hoe beleeft hij de voetbaloorlog? ‘Natuurlijk werden er grappen gemaakt toen ik bij Madrid ging spelen.’

Senor Lopez, u moet verscheurd zijn…

‘Nee, zo moet je dat niet zien, ik ben ontzettend dankbaar dat ik bij Barcelona en bij Real Madrid heb gespeeld. Ik heb heel veel geleerd, omdat ik samen in een elftal stond met topspelers als Beckham en Raul. In mijn jonge jaren speelde ik bij Barcelona. Als ik nu kijk, hoop ik domweg op mooi verzorgd voetbal. Het publiek vermaken met aantrekkelijk spel, zou altijd een streven moeten zijn bij elke club.’

Hoe heftig is de rivaliteit?

‘Je bent in Spanje voor de ene club of voor de andere. Toen ik van Barcelona naar Madrid transfereerde, werden er aardig wat grappen gemaakt. Maar allemaal vriendelijk hoor. Je streeft naar mooie strijd.’

Hoe loopt het af?

‘Barcelona is op papier beter. Ze hebben meer balbezit en spelen mooier voetbal, maar Madrid is heel goed in de counteraanval. Ze spelen met verschillende tactische concepten en dat maakt het ook zo boeiend. Het een is niet per se beter dan het ander trouwens.’

Bereiden de clubs zich anders voor?

‘Nee, niet echt. Je zit in je hotelkamer. Je mag niet naar buiten, omdat je moet focussen. Het contact met fans wordt beperkt op de wedstrijddag.’

U kijkt in een Spaans restaurant in Arnhem?

‘Nee, thuis, met mijn vrouw. Ik moet me erop kunnen concentreren. Misschien kijk ik de rest van de wedstrijden samen met mijn Spaanse ploeggenoot Marti Riverola (een verhuurde Barcelona-jeugd jeugdspeler) of met Albert Cappellas Herms, de assistent-trainer (een Barcelona-jeugdcoach).’

Albert Ferrer zit er niet bij, de Vitesse-coach die ooit een Champions League won bij Barca in het elftal van Cruijff.

‘Nee, die niet.’

En Oleguer dan? U zat met hem in het jeugdelftal bij Barca. Hij is een fanatieke Catalaan, die niet eens voor het nationale elftal wil spelen, en zit nu bij Ajax.

‘Ja, ik weet dat hij in Amsterdam woont, maar ik heb hem nog niet opgezocht (Lopez kwam in januari naar Vitesse). Moet ik maar eens gaan doen.’

De Pers