3 november 2010 In de media

Ferrer: ‘We gaan Barcelona achterna’

Albert Ferrer ploft neer in een stoel op de begane grond van Gelredome. Het is precies twee uur nadat hij werd gepresenteerd als de nieuwe trainer van Vitesse.

Cruijf-adept
Vanmorgen arriveerde de Spanjaard op Nederlandse bodem en elke mi­nuut in Arnhem moet optimaal worden benut. De buitenwereld heeft zojuist kennis gemaakt met de trainer Ferrer en, na het exclusieve onderhoud met VI, wacht hem vanmiddag nog een verga­dering over voetbaltechnische zaken met de clubleiding om vervolgens op huizenjacht te gaan in de stad. Vol goede moed ervaart hij zijn eerste uren in Arnhem.

Na zijn presentatie heeft de kleine veldheer als een gentle­man de massaal opgekomen pers te woord gestaan. Voor alle camera's ver­kondigde Ferrer hetzelfde verhaal, steeds weer met een charismatische glimlach, en tel­kens met dezelfde insteek. De rechtsback in het Dream Team van Barcelona van de vroege jaren negentig, moet het komende anderhalf jaar met de fysiologische trainer Albert Capellas Herms, overgekomen van de jeugdopleiding van de Catelaanse club, en voormalig SC Cambuur- coach Stanley Menzo het nieuwe Vitesse bij de hand nemen.

'Veel mensen vroegen me waarom ik voor Vitesse heb gekozen! kijkt Ferrer terug op de pre­sentatie, terwijl Jordania op de gang voorbij schuift. 'Maar ik draai het om. Ik ben een trainer aan het begin van mijn carrière, dan is dit voor mij een fantastische kans. De afgelopen jaren kwamen er wel wat aanbie­dingen voorbij, maar een eerste stap als hoofdtrainer kan cruciaal zijn. Daarom ben ik heel overwogen te werk gegaan.' Ferrer vervolgt zijn betoog direct met de beweegrede­nen voor zijn keuze voor een kwakkelende Eredi­visieclub in Nederland, in plaats van bijvoor­beeld een club uit zijn vaderland. 'Jordania belde me twee weken geleden op. De Eredivisie kende ik, Vitesse ook, maar ik was niet op de hoogte van de plannen. Toen hij het me uitlegde, werd ik elke seconde enthousiaster.

Dit land en deze competitie spreken me aan. Veel topspelers zijn hun carrière in de Eredivisie begonnen en als speler heeft de Nederlandse school me enorm verrijkt.  Dat kan nu dus ook het geval voor mij als jonge trainer zijn". Als rechtsback beleefde Ferrer in de jaren negentig het ene na het andere hoogtepunt onder de vleugels van Johan Cruijff. Het heeft hem gevormd en nog altijd zweert de Spanjaard bij de filosofie van zijn voorbeeld. De naam van de grootste Nederlandse voetballer aller tijden komt vandasg dan ook te pas en te onpas voor bij in Stadion Gelredome.

"Cruijff heeft het voetbal met zijn gedachten veranderd. Van een eenzijdige rechtsback heeft hij van mij een speler gemaakt die een meerwaarde had bij balbezit. In een paar maanden tijd be­heerste ik het één keer raken, en dat alleen door de methode van Cruijff. Hij liet ons inzien dat je met goede training alle spelers beter kunt maken. Het is geen toeval dat uit ons team van de jaren negentig veel jongens na hun carrière voor het trainersvak hebben gekozen. Wij hebben de mooiste kant van de sport meegemaakt, elke dag opnieuw. Dat willen we nu overbrengen op de volgende generatie.'

Samen met generatiegenoten als Luis Enrique, Sergi, Miguel Angel Nadal en Pep Guardiola slaagde Ferrer vier jaar geleden voor de trainers­cursus. Ook Ronald Koeman, verdediger van het Dream Team, koos voor het trainersvak en begon net als Ferrer zijn loopbaan als hoofdtrainer bij de Arnhemse club. Koeman liet vorige week weten zeer verrast te zijn met de komst van zijn voormalige ploeggenoot, in wie hij nooit een trai­ner zag. 'Die reactie kan ik goed begrijpen. Destijds zag je bij bepaalde jongens al direct dat ze het in zich hadden om trainer te worden. Guardiola en Koeman dachten op het veld als een trainer. Bij mij was dat minder aanwezig, en is dat later gekomen. Helemaal nadat ik was gestopt als speler. De hunkering naar de kleedkamer en het gras werd steeds groter.

De laatste jaren heb ik ervaring opgedaan als jeugdtrainer en zag ik dagelijks wedstrijden voor mijn werk als analyticus voor de Spaanse zender Canal Plus. Daardoor heb ik me op de achtergrond door kunnen ontwikkelen.' De nieuwe trainer van Vitesse is goed bevriend met Guardiola en vroeg hem ook naar zijn me­ning toen de Arnhemse uitdaging zich aandien­de. 'Pep zei: "Doen!" Ik moest deze uitdaging aangaan. We zijn allebei gecharmeerd van het Nederlands voetbal en hij vond dit een ideale beginstap. Dat combinerend met de huidige mogelijkheden hier biedt mij veel perspectief. Het project 2013 kan slagen en daar wil ik mijn steentje aan bijdragen.'

Net als eerder op de dag heeft Ferrer het nu ook nog altijd over Het Project 2013, verwijzend naar de ambitieuze woorden van Jordania om binnen drie jaar van Vitesse een topclub te ma­ken. Ambities te over, maar enige terughoudend­heid lijkt gepast. Barcelona-voetbal is mooi, maar Lasse Nilsson is geen Lionel Messi en Frank van der Struijk geen Andrés Iniesta. 'Natuurlijk wordt dit niet zomaar even gerealiseerd! beaamt Ferrer. 'Het is niet zo dat ik hier begin, op een knop druk, en dat het opeens gaat draaien. Het is geen machine die bepaalde uitwerking op een bepaald tijdstip garandeert. Maar de filosofie van Cruijff is helder en de club wil helemaal die kant op. Ik ben ervan overtuigd dat Vitesse een top­club kan worden.' Ook met het huidige materiaal? 'Ja, ook met de selectie die er nu staat. Ik heb ze­ven wedstrijden op dvd gezien, ken alle jongens bij naam en herken in bepaalde spelers de vaar­digheden die nodig zijn om het niveau na te stre­ven dat we willen.

Natuurlijk is FC Barcelona van een niveau dat hier niet realiseerbaar is, maar we willen wel die kant op. Dan heb je het over de insteek en visie om een bepaalde speltype te spe­len. Dominant voetbal, op de helft van de tegen­stander, met totale controle over de wedstrijd. Op elk niveau moet je zoiets nastreven, en dan gaat het niet louter om de kwaliteiten van de spelers. Vertrouwen is bijvoorbeeld ook een kernwaarde en dat wordt bij Barcelona gecreëerd door de faciliteiten optimaal te maken. Spelers moeten het plezierig vinden bij de club, voelen dat ze elke dag beter worden en samen een bijzondere pres­tatie kunnen neerzetten. Eigenlijk precies zoals ik als voetballer heb ervaren bij Johan Cruijff.'

Ferrer maakt een ontspannen indruk. Pas op 15 november, als zijn vrouw is bevallen, begint hij aan zijn nieuwe klus, Een uitdaging, zowel binnen als buiten het voetbal. 'Ik ken Nederland niet goed, maar de verhalen die ik er over hoor zijn positief. Natuurlijk ben ik Barcelona gewend, en zal het even aanpassen worden voor mij en mijn familie. Maar qua drukte ga ik er niet op achter uit. Ik woonde in Spanje in Granera, een klein dorpje op vijftig kilometer van Barcelona. Op dat vlak zal ik hier in Arnhem meer drukte en verkeer om me heen hebben. En ook voor het klimaat ben ik niet bang. Ik heb mijn vrouw al gevraagd om op zoek te gaan naar mutsen en handschoenen. Maar ik heb drie jaar in Londen gewoond, dus ik weet wat ik kan verwachten.'

Qua leefwijze geen onoverkomelijke problemen, maar als hoofdtrainer stapt hij in een onbekend avontuur. Met allerminst een garantie op succes. 'Jij noemt nu Marco van Basten als voorbeeld, natuurlijk heb je nooit een winstgarantie. Maar ervaring voor een trainer zegt me ook weinig. Een trainer moet visie hebben en van voetbal houden. Ik kijk daarom liever naar mensen dicht bij mij in de buurt en dan kom je al snel bij Guardiola uit. Hij had ook geen ervaring als hoofdtrainer, maar heeft van Barcelona wel de best voetballende ploeg ter wereld gemaakt. Daarmee zeg ik niet dat me dit bij Vitesse gaat lukken, maar na de ge­sprekken met de clubleiding en het zien van de dvd's zie ik voldoende perspectief.'

Met de gesprekken met de clubleiding doelt Ferrer ook op het onderhoud met Jordania. De Georgische eigenaar wil met Vitesse naar de top, en zal dus ook handelen naar de resultaten op het veld, zoals dit ook bij Bos is gedaan. Van een rustig begin, waarin er volop tijd is om iets op te bouwen, is dus geen sprake. 'Maar dat besef ik ook! weerlegt Ferrer. 'De club staat nu veel te laag, daar moet verandering in komen. Dat is ook het eerste doel als ik hier begin. We moeten zo snel mogelijk weg uit de degradatiezone en rich­ting het linkerrijtje. Maar resultaten op de korte termijn hangen ook nauw samen met het proces. Als je wint, krijgen de spelers vertrouwen, en zul­len ze nog beter gaan presteren. Dat is bij elke club zo. En dat ik met druk van bovenaf te maken heb, zie ik niet als een last. Ik heb bij Barcelona en Chelsea gespeeld, daar moet je elke week winnen. Ik ben dus wel wat gewend.' Voor de laatste keer toont Ferrer zijn lach en hij verdwijnt. Op jacht naar een nieuw huis, een nieuw ha­bitat voor zijn ultieme uitdaging, genaamd Project 2013.

Vitesse nieuwe stijl
'Welkom bij de oud nieuwsshow van Vitesse.' De eerste woorden van technisch directeur Ted van Leeuwen eerder op de mid­dag tijdens de persconferentie tekenen zowel cynisme als realisme. De zaal Heineken Heaven op de vierde verdieping van Gelredome puilt uit met journalisten. Een dag eerder heeft de club er alles aangedaan om het ge­heim te houden. Tevergeefs. Vandaag arri­veert de Spaanse enclave in Arnhem en dat is bij iedereen bekend. Terwijl Van Leeuwen met inleidende woorden zijn nieuwe staf pre­senteert, luistert Ferrer, met geblokte schou­ders in een modern zwart pak, met een be­scheiden blik naar de woorden die hij niet kan verstaan. Hij is opvallend klein qua postuur, maar als we de ambitieuze plannen mogen geloven, binnen afzienbare tijd groot in zijn prestaties.

De tekst van Van Leeuwen liegt er niet om en past precies binnen het veelbelovende toekomstbeeld van de Arnhemse club sinds Merab Jordania op 16 augustus zijn entree maakte. Aan het einde van de middag is de td nog altijd vol lof over de grondige wijziging in de technische staf. 'Het beleid van Vitesse is meer dan het vervangen van een trainer'  verwijst hij naar het wegsturen van Theo Bos. 'We slaan een geheel andere weg in. Het moet eens afgelo­pen zijn met die onzin van Hollywood aan de Rijn. Een nieuwe tijd breekt aan, met een ande­re stijl en een nieuwe voetbalvisie, en we zijn druk bezig om dit project gestalte te geven. Dan moet je breed denken. We gaan met een modern video-analysesysteem aan de gang. Ook langs het trainingsveld zullen camera's komen om bepaalde spelsituaties vast te leggen. En het trainingscomplex wordt flink vernieuwd, waarbij we ook de faciliteiten voor de jeugdopleiding ver­beteren. Daarnaast krijgen we nu een technische staf met vijf trainers, want Hans van Arum en Raimond van der Gouw houden we in de staf. Veel trainers op het veld houdt in dat we heel gericht per speler bezig kunnen gaan. Het team moet beter, het individu moet beter als je naar de top wil. Daar past deze verandering bij.'

De overtuiging in zijn woorden, die zoals al­tijd bij Van Leeuwen met kalmte in zijn stem wor­den uitgesproken, geven aan dat Vitesse nieuwe stijl bij zijn opvatting past. Toch is het een rigou­reuze verandering en zal dit niet zomaar even worden gerealiseerd. En daarmee is de kans aan­wezig dat de clubleiding in een spagaat kan ko­men. Enerzijds moet de nieuwe filosofie worden uitgedragen, aan de andere kant zijn goede resul­taten op korte termijn noodzakelijk, wil Vitesse komend seizoen überhaupt op het hoogste ni­veau spelen. En Jordania is er alles bij gebaat dat de Arnhemse club presteert, zodat zijn investe­ringen in jonge spelers niet in rook opgaan. Het kostte Theo Bos zijn baan, en een dag na het ont­slag, sprak Jordania de selectie vermanend toe dat het over moet zijn met de wisselvalligheid in het Gelredome. Prestaties worden geëist, en niets minder dan dat. Gevolg is dat Vitesse de druk om te winnen voelt zoals nooit tevoren, niemand lijkt meer zeker van zijn plek. Spelers niet, trainers niet, en de directie? De rol van Van der Kraan concentreert zich op de achtergrond, in tegen­stelling tot die van Van Leeuwen. In hem lijkt Jordania het gewenste verlengstuk binnen de club te hebben gevonden.

'Ik doe mijn werk en dat bevalt heel goed! zegt Van Leeuwen. 'Door Jordania is er veel mogelijk, en dat maakt de werkzaamheden van een td mak­kelijker en uitdagender. Daarbij ben ik niet met mijn eigen positie bezig. Ik kan goed met Jordania samenwerken, maar ben niet veranderd. Ik ben volledig mezelf. Dat moet ook, want mensen als Jordania lopen al zo lang mee, die prikken daar direct doorheen. Het beeld dat hij alles bepaalt, eens in de tijd met zijn Merce­des aan komt rijden, en ons de les leest, is klinkklare onzin. Maar dat is wel wat iedereen graag wil horen, dus ik ga me er niet eens tegen verzetten.' Gevolg is wel dat de buitenwereld maar al te graag Van Leeuwen als kop-van-jut wil neerzetten, als iemand die geen enkele macht meer heeft binnen Vitesse. Het levert de laatste weken opvallende beelden op, maar de td is de laatste die zich daar druk om maakt. Van Leeuwen heeft dagelijks contact met de Georgische eige­naar en krijgt volop steun om zijn eigen visie uit te werken. Het levert hem de nodige vlieguren op. Vijf duels in een week is geen uitzondering, combinerend met een bezoek aan Chelsea, waarmee de club sinds de komst van Jordania, goede vriend van Roman Abramovich, warme banden onderhoudt.

Bij de komst van de nieuwe trainer kun je ook niet om de eigenaar van Chelsea heen. Ferrer sloot zijn loopbaan als speler af bij de Londense club en had nog altijd veel contact met mensen binnen Chelsea. Niemand wil het hardop beves­tigen, maar toen Jordania drie weken geleden met de naam van Ferrer aan kwam zetten, was dit het gevolg van een onderhoud tussen de Georgiër met Abramovich. De naam van Ferrer maakte Jordania direct warm, aangezien hij groot fan was van het Dream Team van Barcelona. 'Ik was voor­al verrast, want zelf had ik er niet aan gedacht! vervolgt Van Leeuwen. 'Na het eerste telefoontje van Jordania naar Ferrer, ben ik het verder in gang gaan zetten. Diverse keren heb ik met Ferrer ge­sproken, en steeds had ik een déjà vu naar mijn tijd dat ik als journalist met Cruijff aan tafel zat. Helemaal toen ik hem onlangs in Barcelona sprak. Als ik met Ferrer praat, is het alsof ik Cruijff hoor. Hoe ze over voetbal praten, over het ont­wikkelingen van spelers, de omgang met per­soonlijkheden en vooral de manier waarop je als individu en team moet opereren. Het maakte veel indruk op me.'

De visie van Ferrer mag indruk hebben ge­maakt, toch blijft het een risico om iemand zonder enige ervaring als hoofdtrainer voor een onbekende groep te zetten in een voor hem onbekende competitie. 'En daarom hebben we ook Stanley Menzo erbij gehaald. Ik ken Stanley heel goed, waardoor ik weet wat zijn toegevoegde waarde kan zijn. Natuurlijk verwacht ik niet dat Ferrer direct al elke speler in de Eredivisie kent, maar daarvoor is de kennis van Stanley van grote waarde. Toch was het niet zo dat ik hem er per se bij moest hebben, alles hing af van de chemie tussen Ferrer en hem. En die is goed. We hebben een paar keer met zijn drieën gezeten, onder meer vorige week zaterdag in Barcelona, en ik merkte direct een bijzondere klik. Ze hebben bei­den veel aan Cruijff te danken, en handelen als trainer volgens die filosofie. Het is geweldig dat we dit nu bij Vitesse kunnen implementeren.'

De rigoureuze verandering heeft Theo Bos de kop gekost. De Arnhemse trainer en clubicoon werd op straat gezet, maar dit kwam voor nie­mand als een verrassing. Ook de trainer zelf reali­seerde dat op 16 augustus, op het moment dat Jordania zijn handtekening zette onder de over­name, er indirect voor zijn doodvonnis werd ge­tekend. Een oneerlijke strijd volgde, waarbij Bos in zijn slotweek nog trai­ner was van Vitesse, terwijl de contacten met Ferrer al werden gelegd. Met dit soort handelingen lijkt een afrekening met het etiket van Hollywood aan de Rijn nog ver weg. Van Leeuwen: 'Of het vreemd is dat we Ferrer al bena­derd hebben, toen Bos nog trainer was? Zo werkt de voetballerij nou een­maal. We kunnen wel gaan liegen dat dit niet zo was, maar dat slaat dan ner­gens op. Bij elke voetbalclub komt dit voor. Je moet je voorbereiden op het moment dat je af­scheid neemt van een trainer, dat lijkt me heel legitiem. Dat is een continu proces, je moet ook voorbereid zijn als de trainer zelf de handdoek zou werpen. Op een andere dag gaat het mis­schien met ons ook zo. Alles draait om tijd, plaats en omstandigheden.'

De namen Johan Cruijff en Barcelona hebben vandaag en de komende tijd Gelredome in de greep. Net als twee maan­den eerder bij de presentatie van Jordania, wordt er gedacht en gesproken over onbe­grensde mogelijkheden. Het doet terug­denken aan het tijdperk Karel Aalbers, toen deze op een dag hardop filosofeerde over de weg die Vitesse ging afleggen om Manchester United achterna te gaan. Dit keer geen Manchester United, maar Barce­lona. De toekomst zal uitwijzen of het Project 2013 wél kans van slagen heeft.

Johan Cruijff: 'Ik had niet het idee dat hij ooit trainer zou worden'
De filosofie van Johan Cruijff moet de komende jaren regeren bij Vitesse. In de voorbije weken had Jordania diverse keren contact met Cruijff, en afgelopen week resulteerde dit in een ontmoeting. De eigenaar van Vitesse kwam met het verzoek of Cruijff niet alleen Vitesse, maar ook de Georgische voetbalbond helemaal door wilde lichten. Cruijff laat weten verbaasd te zijn over de keuze van Vitesse voor Albert Ferrer: 'Vooral omdat hij nog geen enkele ervaring als coach heeft. Ferrer heeft af en toe wel wat bij kleine clubs gedaan, maar dat deed hij alleen met kinderen. Ik meen dat hij ook nog gewerkt heeft voor de voetbalscholen van Barcelona, maar een echt elftal heeft hij nog nooit gecoacht. Toen hij nog bij mij in Barcelona voetbalde, had ik ook niet het idee dat hij ooit trainer zou worden. Maar dat soort dingen komt pas in een latere fase in je leven. Dat zag je ook bij andere spelers van Barcelona. Voor zijn ontwikkeling is het ook goed dat Ferrer nog een paar jaar in Engeland bij Chelsea heeft gevoetbald. Daar heeft hij ongetwijfeld iets extra's opgestoken.'

Denkt Cruijff dat een oud-speler die een pure verdediger was, het puur aanvallende voetbal van Barcelona in de praktijk kan brengen? Cruijff: 'Vergis je niet, Ferrer was ooit een talentvolle rechtsbuiten. Ik heb hem omgeschoold tot rechtsback waar hij altijd heel goed gefunctioneerd heeft. Ik heb hem in het begin ook nog een tijdje aan Tenerife uitgeleend, waar hij zich goed ontwikkeld heeft. Ferrer was een echte liefhebber. De afgelopen jaren is hij bovendien analist geweest bij een Spaanse tv-zender, onder meer bij het WK van 2006 en ik meen dat hij afgelopen zomer ook in Zuid-Afrika was. Ik moet alleen eerlijk zeggen dat ik hem daar nooit gehoord heb, omdat ik niet naar die zender keek.'

Mensen die Johan Cruijff en Albert Ferrer kennen, menen dat ze gua karakter wel iets op elkaar lijken. Cruijff: 'Dat zou best kunnen. Ferrer is in elk geval een heel aardige jongen met wie ik nooit problemen heb gehad. We hebben al die jaren in een heel goede harmonie samengewerkt. Wat ik ook grappig vind is dat Stanley Menzo zijn assistent wordt, ook een jongen met wie ik jaren heb samengewerkt. Ze houden allebei van goed voetbal, want Cambuur speelde onder leiding van Menzo toch ook leuk.'

VI Magazine week 44

Hoofdsponsor: