2 maart 2010 In de media

DJ Marcus, geen onbekende in de Vitesse wereld

Org in gesprek met DJ Marcus. Hij maakte sfeer in het supportershome voor- en na Vitesse – AZ. Hij houdt van house, trance, techno en… Vitesse. Een interview als zijn geliefde vinylplaten: je hebt er lekker lang plezier van.

Voor diegene die jou niet kennen: wie ben je en wat doe je?
Ik ben Marc, een 37-jarige Arnhemmer, geboren in de Doefstraat in Presikhaaf en vanaf mijn vierde jaar getogen in De Laar West. Na een studieperiode in Rotterdam teruggekeerd naar mijn ‘roots’. Inmiddels getrouwd en vader van een tweeling, twee zoons van vijf jaar, en wonend in de nieuwe wijk Schuytgraaf. Ik werk inmiddels een jaar of negentien in de accountancy. Verder voetbal ik alweer tien jaar in een vriendenteam op de zaterdagmiddag. We zijn destijds bij de moedervereniging ‘Vitesse 1892’ op de ‘Bult’ gaan spelen. Helaas was er geen houden meer aan en is onze club er niet meer. We voetballen dit seizoen bij DVOV in Velp. Een andere hobby is het plaatjes draaien. Waarschijnlijk is mijn liefde voor vinyl al in mijn eerste levensjaren ontstaan aangezien ik mezelf toen al hele middagen kon vermaken met een kapotte platenspeler van mijn vader en wat oude singels. Marc is mijn roepnaam, in mijn paspoort staat Marcus, vandaar.

Wat heb jij met Vitesse?
Wat niet? De club is een heel belangrijk deel van mijn leven geworden. Ik ben er echt mee opgegroeid, heb leuke en minder leuke dingen meegemaakt bij en met de club. Heb er goede vrienden aan overgehouden. Ik ken ook mensen van de supportersvereniging van het eerste uur. Na oprichting heb ik mij na de eerste nummers van het clubblad aangemeld bij de redactie. Ik heb er mede voor gezorgd dat het clubblad uitgegroeid is tot het blad zoals het nu op de mat ligt. Ik heb in het verleden wedstrijdverslagen geschreven, één interview met Machlas en daarna columns. Al weet ik niet hoelang ik daar nog mee doorga. Het is na zeventien jaar wellicht tijd om eens het stokje door te geven. Maar dit roep ik al vijf jaar en telkens weten ze me weer voor een jaar over te halen. Vitesse is voor mij meer dan alleen een potje voetbal.
Hoe lang ben je al supporter van Vitesse?
Bijna mijn leven lang. Ik weet nog dat op de basisschool iedereen voor Ajax of Feyenoord was, PSV hoorde je bijna niet en ik geloof dat bij één jongen een sjaal van Vitesse thuis hing. Van huis uit volgden wij altijd Feyenoord bij Studio Sport en keek mijn vader ook altijd even wat Vitesse gedaan had in de Eerste Divisie. Meestal volgde dan weer een opmerking als ‘alweer verloren, weer bagger, we staan weer bijna onderaan’. Ik was toen een jaar of elf denk ik. Mijn pa nam me eens mee naar een oefenwedstrijd van Vitesse-Feyenoord. De Uitslag weet ik niet meer, maar het stadion, de clubkleuren, het voetbal: ik was verkocht. Sindsdien ben ik voor Vitesse en stroomt er geel-zwart bloed door mijn aderen. Ik volg de club dus al meer dan 25 jaar.

Welk Vitesse moment staat jou het meeste bij?
Tja, velen. Ik heb nog meegemaakt dat we met 400 man in Nieuw Monnikenhuize stonden te kijken. Uiteraard het promotiejaar in of van?. Met lijn 9 naar de ‘Bult’. Drukke rijen voor de poort, langs die stinkende betonnen pisbak naar CC. Op elkaar gepakt staan, de klim in het hek, de bomen die boven de hoofdtribune uit kwamen. Onoverdekt staan onder de bomen. Nostalgie. Bijna de hele vriendengroep kent elkaar wel via Vitesse. Na de promotie kreeg ik mijn eerste seizoenkaart. Zo’n ouderwets papieren knipkaart. Later heb ik jaren op DD gestaan en heb ik een tijdje voor de gele containers gezeten. Bekerfinale, hoogte- en dieptepunt. En natuurlijk vele Europese reisjes. Mechelen met het winnende doelpunt van Cocu en Bremen was ook fantastisch, er waren toen zoveel Arnhemmers mee. Maar ook Norwich, Inter, Liverpool, Bordeaux en Lens, om er maar een paar te noemen, waren geweldige tripjes ondanks dat het sportief niet goed af liep. Het afscheid van Nieuw Monnikenhuize. Een hoop gedonder over wel of niet nog een afscheidswedstrijd. Die is er wel geweest. Ik heb met het zaalvoetbalteam van de SV van destijds, met nog een aantal vrijwilligers van de SV, de laatste wedstrijd in stadion Nieuw Monnikenhuize gespeeld. Een vriendschappelijk potje van 90 minuten voetbal. Niets kapot gemaakt, netjes met de sleutels van de SV naar binnen. We speelden de laatste vijftien minuten, geloof ik, zestien tegen zestien. Ik scoorde nog, door een bal van buiten de zestien, hoog in het doel bij onoverdekt staan te jassen(deze zin snap ik niet). Geweldig gevoel. De verhuizing naar GelreDome heeft ook indruk gemaakt. We maakten een wandeltocht vanaf de ‘Bult’. Jammer dat het nooit een echt Vitesse-stadion is geworden. Ik en velen van toen voelen het nog steeds niet als ons thuis. Doordat de club het stadion niet heeft over kunnen en mogen nemen, iets wat Karel toch voor ogen had, hangt het nu als een molensteen om onze nek. Het levert de club geen geld op, het kost alleen geld. Bij degradatie kan het stadion ons faillissement betekenen.

Je hebt al eerder in het supportershome gedraaid. Een bijzondere omgeving?
Ja, de vorige beheerder, Eddie Kraaij, wist dat ik als hobby platen draaide en dat ik op een internationaal fantoernooi bij ‘Vitesse 1892’ met, onder anderen, clubs uit België en Duitsland had gedraaid. Ook had ik op een feest van ons elftal in de kroeg van onze sponsor gedraaid. Hij (hij of Eddie?) vroeg mij destijds of ik niet een keer wilde komen draaien in het home. Aangezien ik bijna altijd voor en na de wedstrijd even in het home kom leek het mij een leuke ervaring om eens daar te draaien. Ik had het geluk dat ik toen voor en na de wedstrijd tegen Ajax met kerstmis 2006 mocht draaien. Het ging lekker, een set opbouwen en even knallen voor de wedstrijd. Zoals velen weten wonnen we die wedstrijd grandioos. Dan is het een dankbare taak te mogen draaien. Het home puilde uit, het dak ging er af. Helaas heb ik daarna ook wel eens gedraaid na minder florissante wedstrijden. Na een kansloze nederlaag zoals AZ of teleurstellend gelijkspel tegen onze buren is het toch minder om te draaien. De sfeer in het home is toch erg afhankelijk van de wedstrijd. Jammer, je kunt na een overwinning knallen maar ook na een nederlaag, lekker de sores zo snel mogelijk van je afzetten. En daar kan muziek je vaak wel bij helpen.

Vanwaar je voorkeur voor house, trance en techno?
Ik luisterde in de jaren 80 en begin 90 al naar de Tros Clubmixen op de radio, vele nam ik op. Robin Albers & Ben Liebrand draaide toen al Top 40 aan elkaar. Dance muziek sprak mij gewoon altijd meer aan dan rock of Nederlandstalig. Ik kan wel naar alle soorten muziek luisteren, maar hé, ieder zijn voorkeur. Toen ik begin 90 in Rotterdam studeerde kwam ik in aanraking met house, ook de hardere stijlen die toen vooral uit Rotterdam kwam. In die tijd is house ook meer bekend en ‘booming’ geworden. Het is één van de grootste exportproducten van ons land. In die jaren ging ik ook naar mijn eerste feesten. Legendarisch was het feest na een overwinning bij PSV en zo met de bus uit Eindhoven naar de ‘Something For Your Mind’ party in de Rijnhal. Ik ben op verschillende soorten houseparty’s geweest. Ook in Duitsland. Daar ben ik in aanraking gekomen met, onder anderen, de techno van Sven Väth en heb ik ook Carl Cox voor ‘t eerst zien draaien. Via Einslive, een zender over de grens, kwam meer Duitse hardhouse en techno mijn kamer in. Ik heb de laatste Love Parade in Berlijn meegemaakt, niet te evenaren. Deze muziek is altijd een uitlaatklep voor mij geweest. Je kunt er bij relaxen, tot rust komen, maar ook lekker uit je dak gaan. Zelf draai ik nu het liefst stevige club en techno. Schranz (een mix van hardstyle en techno, overgekomen uit Duitsland) draai ik ook wel graag, maar dat is echt te hard voor het home.

Hoe bepaal jij je muziekkeuze om te draaien?
Afhankelijk van waar je gaat draaien bepaal je de inhoud van je koffer. Voor het home neem ik meerdere soorten mee. Daar begin ik meestal met gewoon wat trance of club, af en toe wat hardtrance of stevigere club of techno tussendoor. Voor de wedstrijd wil ik altijd wel wat harder draaien in het laatste kwartier, boel beetje, tja, opjutten, wakker maken. Na de wedstrijd is het altijd maar zien. Tegen Ajax destijds kon het niet hard genoeg, kun je lekker los gaan. Maar na een zeperd willen we nog wel eens even wachten, eerst iedereen beetje bij laten komen en dan met wat trance beginnen en rustige club. De ene keer kun je dan ook wel wat steviger gaan draaien terwijl je de andere keer beter gewoon op relaxte trance kan blijven. Blijft lastig. Bij een ander feest heb ik mijn koffer bijvoorbeeld alleen gevuld met techno, maar goed, dan komen de mensen ook speciaal voor die muziek. In het home probeer je toch wat gevarieerder te draaien. Trance en club zijn dan wel een stijl die ook andere mensen, die niets met house hebben, toch nog wel een avondje kunnen aanhoren.

Niet iedereen komt voor je muziek. Hoe kom je diegenen die een praatje willen maken tegemoet?
Dat klopt, op een feest komen mensen wel voor die muziek. In het home is dat anders. Maar goed, ik heb niets met die Nederlandstalige smartlappen. Toch zul je mij ook in het home zien als na een wedstrijd een Nederlandstalige zanger zijn ding komt doen. Ik kom in het home om na te praten en na te ‘pilsen’. Het idee om af en toe een ‘thema-avond’ te houden komt trouwens van mij en een vriend. Wij hebben dat destijds bij medewerkers van de SV en het home aangekaart. Een keer Nederlandstalig, een keer een live bandje, een ouderwetse disco avond of inderdaad een avondje house. Ook om zo nieuwe mensen naar het home te lokken en om eens iets anders te doen. Tja, praatje maken kan altijd, maar ik heb gewoon geen smartlappen in de koffer. Jammer dat vaak alleen de mensen die wat te zeuren hebben komen. Sorry, maar ik ben gevraagd deze muziek te draaien, volgende keer is er weer andere muziek. De communicatie naar buiten toe en eventueel aankondigingen aanplakken zou beter kunnen. Als mensen van te voren weten dat er in ‘t home een thema is dat ze niet bevalt, kunnen ze langer op de promenade blijven of naar huis gaan, maar ook mensen die bijna nooit in het home komen kun je zo, met een thema, eens naar het home zien te trekken.

De Man of the Match komt normaal gesproken naar het supportershome.
Op werk nummer moet hij volgens jou geïntroduceerd worden en waarom?
Misschien een idee om aan een speler naar zijn favoriete nummer te vragen en deze dan voor of na zijn interview af te spelen. Kan de interviewer er ook mooi op ingaan waarom de speler dat een mooi nummer vindt of waarom het voor die speler een speciaal nummer is. Ik wil nog iets kwijt over die act laatst in de rust. ‘De jongens van Ernem’ werd gebracht als een carnavalsnummer. Iets wat het totaal niet is. Was wel een heel beroerd optreden op die middenstip trouwens. Dat nummer, maar dan wel het origineel, zouden ze voor elke wedstrijd en als laatst in de rust altijd keihard moeten draaien. Het is echt zo’n Arnhems ‘nuilnummer’, je kunt hiermee een cult creëren zoals je ook wel ziet bij sommige Duitse en Engelse clubs. Eerst hebben we ‘t koud en weer… met z’n zessen naar Vitesse….(is dit een quote? Zo ja, dan moet ie tussen aanhalingstekens)legendarisch gewoon. Elke wedstrijd weer, tot de tegenstander en hun fans er bij voorbaat al ziek van worden haha.

Waar kunnen diegenen naar toe die meer van je willen weten of je willen boeken?
Het is een leuke hobby, en de ervaring van het draaien in een vol home in 2006 na Ajax smaakte naar meer, ja. Ik maak er geen werk van maar het is wel leuk eens op een feest of in een club te draaien voor mensen die voor die muziek komen en een avondje los willen gaan. Gezien het meer een hobby is, heb ik geen website. Supporters kunnen mij dus gewoon in het home aanspreken. Ik ben er bijna bij alle wedstrijden. Ze kunnen ook naar me mailen: marcus.w@upcmail.nl .

Supportersvereniging Vitesse

Hoofdsponsor: