3 september 2012 In de media

‘Ik merk dat de mensen blij zijn dat ik terug ben’

De terugkeer van Theo Jans­sen bij Vitesse werd zondag een feestdag in Arnhem. De jongen van de stad kreeg een warm onthaal, nam zijn ploeg bij de hand en won.
Zo’n anderhalf uur voor de wedstrijd Vites­se- Feyenoord (1-0 winst) kwam Theo Jans­sen samen met stadgenoot Nicky Hofs bij GelreDome aan.

Twee Arnhemse straatvoetballers die Vitesse ontgroeiden, maar bei­den op het oude nest terugkeer­den. Janssen als laatste, amper een week geleden. „Ik zag een groot spandoek met mijn naam”, zei Janssen. „Ik voel me hier wel erg welkom, je kunt aan alles merken dat de mensen blij zijn dat ik terug ben. Dat doet je natuurlijk wel wat”, erkende de Arnhemmer. „Ik zou liegen als dat niet zo was.”

Vier jaar na zijn vertrek in 2008 ­naar FC Twente – staat er een ande­re Theo Janssen bij een heel ande­re club. Terwijl Janssen bij FC Twente en Ajax landskampioen werd en in 2011 de beste voetballer van de eredivisie, viel het bijna fail­liete Vitesse in Georgische han­den.

Janssen: „Ik merk niet veel van een ander Vitesse. In de kleedka­mer is er niks veranderd. Andere culturen waren er bij Vitesse altijd wel. Dat is nooit anders geweest”, zei Janssen nadat hij met zijn ploeg een ‘lucky’ driepunter mee pakte tegen Feyenoord dankzij een geweldige goal van Bony in de extra tijd: 1- 0.

„We hadden in die fase al vrede met de 0-0, dat was een goed resul­taat geweest. Als je dan de over­winning meepakt, is dat helemaal geweldig. In de tweede helft kon het alle kanten op. Maar het laat­ste kwartier hadden we al zo’n beetje afgesproken dat we de wed­strijd ‘ dood’ zouden maken”, er­kende Janssen. „We raakten de bal te snel kwijt en kwamen niet meer aan voetballen toe.”

Hij had Feyenoord net een paar keer gevaarlijk voor het doel van Piet Velthuizen zien verschijnen. „Je merkte dat Feyenoord kansen ging krijgen. Piet pakt twee goede ballen, Immers schiet voorlangs. Dan moet je tegen elkaar zeggen ‘ok, we zijn tevreden met 0-0’.”

Met het spel voor rust was Janssen meer tevreden. „Toen voetbalden we beter dan Feyenoord”, vond hij. Janssen speelde daarin zelf een grote rol. „Ik heb het eerste kwar­tier gebruikt om een beetje om mij heen te kijken. Te zien hoe ie­dereen loopt en aangespeeld wil worden. Toen bleek dat de ruimte voor onze verdediging lag, heb ik het een beetje omgegooid. Ik zou links spelen, maar ben voor de ver­dediging gaan lopen.”

Voor die omzetting had Janssen geen trainer nodig. „Dat regel ik zelf ja. Ik ben met mijn 31 jaar denk ik de oudste speler hier, ik denk dat het ook van mij wordt verwacht. Ik praat veel, ik coach veel. Ik zal ook wel eens onzin ver­kopen, maar dan hoor ik het wel van de andere spelers. Hoop ik”, al­dus Janssen. Hij zag wel een verschil tussen de Janssen van toen en die van nu. „Toen zag ik die dingen ook wel, maar zei ik het niet. Als je 17 jaar bent en spelers als John van den Brom nog voetballen, ligt dat wat anders.”

Het verwachtingspatroon rond zijn terugkeer is groter dan ooit in Arnhem. „ Ja, de mensen verwach­ten veel, maar ik ga dat niet force­ren. Vroeger wilde ik dan te veel gaan doen, maar ik ben wat ouder en wijzer geworden”, zei de speler, die slechts een voorzichtige blik op de toekomst wilde werpen.

Over de kracht en de mogelijkhe­den van Vitesse, sinds zondag de nummer twee van Nederland, zei Janssen: „Ik heb het idee dat de ploeg nog in opbouw is. Om dit jaar over het kampioenschap te spreken, lijkt mij niet erg realis­tisch. Er zijn in Nederland nog wel een paar ploegen beter dan Vites­se; Ajax, PSV en FC Twente heb­ben sterkere selecties.”

Gelderlander / Foto’s SV

Hoofdsponsor: