Merchandise
Het hoe en waarom van Financial Fair Play
Financial Fair Play (FFP) is een door de UEFA ingesteld pakket van regelgeving om profclubs te behoeden voor financiële problemen en probeert een klimaat te scheppen waarbinnen clubs hun financiële verplichtingen nakomen. Als gevolg van de FFP zou er een eerlijke(re) en duurzame(re) competitie moeten ontstaan binnen Europa.
De eerste FFP principes zijn afgesproken in 2009, en in het seizoen 2013/14 zal het FFP op Europees niveau volledig in werking zijn. Clubs die vanaf 2013/14 Europees voetbal willen kunnen spelen, moeten vanaf het seizoen 2011/12 rekening houden met de FFP regels, omdat in principe steeds naar een aaneengesloten periode van drie seizoenen gekeken wordt. Naast de Europese regelgeving van de UEFA, hebben de nationale bonden (zoals de KNVB) hun regelgeving voor de nationale competities. Nationaal worden de FFP regels ook geïntegreerd in de licentiereglementen, maar er zijn wel nog enkele verschillen ten opzichte van de Europese regels. Zo bestaat er in Nederland bijvoorbeeld het Financieel Rating Systeem (met de Categorieën I, II en III – van slechtst tot best), waarbij clubs in een slechte financiële positie nog de mogelijkheid krijgen deze positie te verbeteren – binnen het Europese systeem is zo’n mogelijkheid er niet.
Belangrijke uitgangspunten binnen het FFP
* Clubs moeten hun financiële verplichtingen nakomen; bijvoorbeeld spelerssalarissen, sociale premies en transfersommen moeten op tijd en volledig voldaan worden.
* Clubs moeten hun uitgaven en inkomsten minimaal in balans houden: de “break even” regel.
De UEFA “break even” regel
Over een periode van drie aaneengesloten seizoenen (in principe vanaf seizoen 2011/12) moeten de inkomsten van een club minimaal gelijk zijn aan de uitgaven van de club; er wordt maximaal een tekort van 5 miljoen euro getolereerd.
Echter, niet alle inkomsten en uitgaven tellen mee voor “break even”:
* Inkomsten die bijvoorbeeld wel meetellen: inkomsten van kaartverkoop, sponsoring, tv rechten, commerciële activiteiten (verkoop merchandise, catering, loterijen, etc.), transfergelden, etc.
* Inkomsten die niet meetellen zijn bijvoorbeeld inkomsten uit donaties of inkomsten boven de reële waarde (“fair value”) van een product of dienst, dit om te voorkomen dat een club de inkomsten kunstmatig kan verhogen. (N.B. de beoordeling van de “fair value” is in eerste instantie aan de club zelf, maar wordt uiteraard ook gecontroleerd en beoordeeld door de UEFA).
* Uitgaven die bijvoorbeeld wel meetellen: salaris en overige vergoedingen voor spelers/staf/personeel, transfergelden, kosten bij verkoop van kaartjes/merchandise/catering, medische kosten, kosten van materialen (tenue, etc.), operationele kosten incl. huur stadion, etc.
* Uitgaven lager dan de reële waarde (“fair value”) moeten naar boven worden bijgesteld, dit om te voorkomen dat een club de uitgaven kunstmatig kan drukken.
* Uitgaven die bijvoorbeeld niet meetellen binnen deze regels zijn de uitgaven voor infrastructuur (stadion, trainingsaccommodatie, etc.), de jeugdopleiding en voor maatschappelijke projecten. Ook bepaalde belastingen kunnen worden uitgesloten.
Uitzonderingen op de “break even” regel:
* Voor de licentieseizoenen 2013/14 en 2014/15 mag per periode van drie aaneengesloten seizoenen maximaal 45 miljoen euro aan extra uitgaven worden gedaan, mits deze worden gecompenseerd door aandeelhouders of andere relaties van de club. (Dus gemiddeld niet meer dan 15 miljoen euro per seizoen).
* Voor de licentieseizoenen 2015/16, 2016/17 en 2017/18 mag per periode van drie aaneengesloten seizoenen maximaal 30 miljoen euro aan extra uitgaven worden gedaan, mits deze worden gecompenseerd door aandeelhouders of andere relaties van de club. (Dus gemiddeld niet meer dan 10 miljoen euro per seizoen).
Na het seizoen 2017/18 zal deze mogelijkheid verder worden afgebouwd; over de exacte bedragen moet nog besluitvorming plaatsvinden.
* Bij een te groot tekort over drie aaneengesloten seizoenen mag de club de twee voorafgaande seizoenen ook nog meetellen, indien hierdoor wel aan de regels voldaan wordt. (In dit geval wordt dus een periode van vijf aaneengesloten seizoenen beoordeeld voor de “break even”).
* Clubs met een jaaromzet van minder dan 5 miljoen euro hoeven niet aan te tonen aan de “break even” regel te voldoen.
Sancties
Straffen voor het niet navolgen van de FFP regels op Europees niveau variëren van waarschuwingen en boetes tot het uitsluiten van een club uit de Europese voetbalcompetities. Op nationaal niveau (in Nederland) bestaan de mogelijke straffen uit waarschuwingen, boetes, het moeten opstellen van een plan van aanpak, aftrek van wedstrijdpunten en als zwaarste het intrekken van de licentie.
Vitesse
De jaarcijfers van B.V. Vitesse over het seizoen 2011/12 zijn op dit moment nog niet bekend, naar verwachting worden deze cijfers uiterlijk half november 2012 gepubliceerd.
Het seizoen 2010/11 telt niet direct mee voor de FFP, maar geeft een beeld wat er voor 2011/12 verwacht zou kunnen worden. In het seizoen 2010/11 was er een verlies van 15 miljoen euro, wat meer dan geheel werd gecompenseerd door de aandeelhouder Merab Jordania. (N.B. hierbij is nog geen onderscheid gemaakt naar uitgaven en inkomsten die wel en niet voor de “break even” regel meetellen).
[© Supportersvereniging Vitesse; Bronnen: UEFA, KNVB, Vitesse]
