KNVB komt met drie modellen voor stilleggen competities
Bij een stop tussen speelronde 18 en 28 (20-32 in de Eerste Divisie) wordt er op dat moment een eindstand bepaald, zonder kampioenschap en zonder promotie/degradatie. Behalve als er op basis van punten al een formeel kampioen is in een van beide competities of een ploeg is gedegradeerd, wordt dat toegekend. Dan kan het dus zijn dat er een oneven aantal teams in een competitie komt te spelen, als bijvoorbeeld één ploeg al is gedegradeerd, maar er nog een kampioen is in de Eerste Divisie.
Pas als een competitie voor 85% (minimaal 29 speelronden in de Eredivisie, 33 in de Eerste Divisie) is uitgespeeld, dan wordt er een eindstand bepaald, met alle gevolgen van dien wat betreft Europese tickets, kampioen en promotie- degradatie. In dat geval geldt ook dat doelsaldo bepalend is, boven het onderling resultaat. Alleen wordt er wel gekeken naar het gemiddelde aantal punten per wedstrijd, zodat ploegen geen nadeel hebben van het stilleggen. FC Utrecht greep dit jaar om die reden naast Europees voetbal, omdat het een duel minder had terwijl het onderling resultaat met Willem II beter was. Wel moet er door de clubs nog worden gestemd op dit voorstel, dat de KNVB op korte termijn zal doen.