Middag van de Arnhemse aanvallers op De Vijverberg
Na de zwaarbevochten remise (1-1) tegen buurman De Graafschap stelde Wiljan Pluim: „Iedereen heeft weer een kans bij Vitesse.” De 21- jarige Zwollenaar keerde in Doetinchem terug in het Arnhemse basisteam. Tegen Heracles (2-0), de debuutwedstrijd van Albert Ferrer, was hij slechts invaller, voor Marcus Pedersen. Gisteren waren de rollen omgedraaid. „Ik hoorde zaterdag na de training dat ik vandaag zou spelen”, zei Pluim op De Vijverberg. „De trainer vond dat ik vorige week heel goed was ingevallen.”
In zijn eerste weken in Arnhem is Ferrer zoekende naar zijn ideale basisformatie. Daarbij schuift en wisselt de Catalaanse trainer nog voortdurend. Tegen De Graafschap viel Pedersen, op papier Vitesse’s beste afmaker, dus buiten de boot. En lardeerde de balvaste Pluim zijn opdracht als diepste man en aanspeelpunt met een echte spitsengoal, een intikker na een uitstekende assist van Genaro Snijders (1-1). Lasse Nilsson is onder de nieuwe trainer nog niet verder gekomen dan twee invalbeurten. De 28-jarige Zweed dreigt de slag te missen, nu Snijders en Julian Jenner van Ferrer het vertrouwen krijgen op de vleugels, cruciale posities in het heilig verklaarde 4- 3- 3 systeem.
Nilsson mocht in de burenstrijd na een klein uur opdraven, doordat Jenner niet verder kon. De man van de schaar liep naderhand weer redelijk monter door de catacomben, maar dat was tijdens het duel wel even anders geweest. Jenner werd van dichtbij geraakt door een harde uithaal van Purrel Fränkel. „ Ik zag de bal niet aankomen en kreeg hem hard op mijn hoofd. Ik zag allemaal sterretjes en het was niet verstandig door te spelen”, aldus Jenner, die waarschijnlijk een lichte hersenschudding overhield aan het voorval vlak na de pauze.
Na de entree van Nilsson ( hij kwam voor Davy Pröpper) verhuisde Snijders van de linker- naar de rechterkant. Dat was een opvallende wijziging, want via de linkerkant zorgde Snijders voortdurend voor gevaar. „ Lasse speelt altijd op links, dus ging ik naar rechts. Het maakt mij niet uit. Ik speel waar de trainer me wil hebben”, stelde Snijders (21), die nadien nauwelijks in het spel werd betrokken.
Met zijn sterke optreden in de eerste helft belichaamde Snijders andermaal het nieuwe Vitesse. Vanuit het niets, een vaste stek op de reservebank, is de rappe aanvaller ineens de gevaarlijkste speler van Vitesse. „ De trainer zei dat ik het veld groot moest houden en mijn man op moest zoeken, acties maken”, zei de Amsterdammer. „De trainer zegt ook dat ik niet te veel mee moet verdedigen, maar scherp moet staan. Dat vind ik moeilijk, want ik wil het team helpen. Dat was vandaag nodig, want het was een zware wedstrijd. Ik ben wel tevreden met een punt.”