27 juli 2011 In de media

Niet iedere Georgiër is welkom

De Georgische Vitesse-eige­naar Jordania krijgt een ver­blijfsvergunning op grond van het selectieve migratie­beleid van Nederland. Dat roept vragen op.

Wie geld meebrengt, maakt grotere kans op verblijfsvergunning 

Na een aanvraagprocedu­re van tien weken gaf de Immigra­tie- en Naturalisatiedienst (IND) Merab Jordania, voorzitter en eige­naar van voetbalclub Vitesse, vori­ge week een verblijfsvergunning voor vijf jaar. De IND stelt hem vrij van de inburgeringsplicht, om­dat Jordania met zijn ‘bedrijf’ al ge­noeg participeert in de samenle­ving.

Deze uitkomst past in het selectie­ve migratiebeleid, waarin Neder­land uitnodigend is voor migran­ten aan wie economisch behoefte is en restrictief voor migranten die minder toegevoegde waarde heb­ben. In het vergunningstelsel maakt de IND onderscheid tussen asielgerelateerde verblijfsvergun­ningen en reguliere vergunningen.

Onder die laatste categorie valt het verzoek van Jordania, een aan­vraag voor het verrichten van ar­beid als zelfstandig ondernemer. Voor die procedure wordt getoetst op drie onderdelen: persoonlijke ervaring, ondernemingsplan en toegevoegde waarde van economi­sche activiteiten. In totaal kan een aanvrager driehonderd punten sco­ren. Negentig punten zijn genoeg voor een permanent verblijf.

„Ik ga niet tot in detail in op de procedure van meneer Jordania, maar het is net zoals bij ieder an­der gegaan. Zo hebben we onder meer een Verklaring omtrent het gedrag nodig”, vertelt IND-woord­voerder Sander van der Eijk.

Ook Rob Post, advocaat van het Arnhemse bureau Plieger & Saija, denkt niet dat Jordania’s procedu­re anders is behandeld dan die van de ‘gewone Georgiër’. „ De IND werkt met een geobjectiveerd en gestructureerd systeem waarmee het iedereen test.”

Volgens de specialist in vreemde­lingenrecht is er altijd speelruimte bij het puntensysteem. „Wij heb­ben al vaker mensen die eerst min­der dan negentig punten scoor­den, alsnog aan een vergunning ge­holpen.” Toch hoort Marechi Togonidze van de Georgische gemeenschap in Nederland steeds vaker verha­len over afgewezen vergunnings­verzoeken. „ In Nederland wonen ongeveer tweeduizend Georgiërs.

De meesten kwamen net als ik hal­verwege de jaren negentig na de burgeroorlog. De laatste jaren wor­den de eisen strenger. Dat komt ook doordat de situatie daar niet meer zo slecht is. Opvallend en misschien wel onterecht dat Jorda­nia dan zo snel groen licht krijgt.”

Sylvia Kuster van Art. 1 Gelder­land- Midden zit dit verschil ook niet lekker. Het antidiscriminatie­bureau krijgt vaak klachten over ongelijke behandeling bij vergun­ningsaanvragen. „Ik snap die men­sen wel. Waarom laat Nederland mensen met veel macht wel bin­nen en andere mensen niet? Dat is niet terecht.”

Van der Eijk (IND) pareert de kri­tiek. „Dit beleid is goed voor de Nederlandse economie, want er komt meer werkgelegenheid. Ver­geet niet dat de komst van Jorda­nia stimulerend is voor de regio.”

Gelderlander

Hoofdsponsor: