Nummer 10: Hulde voor president Zjordania

Merab Zjordania is nu een kleine maand de baas bij Vitesse. Van­daag worden de eer­ste contouren van zijn missie in Arnhem zichtbaar voor het grote publiek.

Tijdens de uitwedstrijd tegen Heerenveen staan vier of vijf aankopen van de Georgische clubbaas in de basis. Een heerlijk vooruitzicht. Ik kan niet wachten tot de daden van Zjordania zichtbaar worden in het veld. De Gelderlander heeft er baat bij dat het goed gaat met Vit­esse, zoals dat ook geldt voor De Graafschap en NEC.

Succes van de voetbalclub versterkt de betrok­kenheid van de lezer. Zjordania wil dit seizoen achtste worden met Vitesse, om zo via de play-offs Europa in te gaan. Daar­na gaan de ambities nog verder en binnen drie jaar wil de clubei­genaar meedoen om de landstitel. Dat is niet onrealistisch, aange­zien AZ en FC Twente recent heb­ben bewezen dat de kloof naar de nationale top te dichten is.

De traditionele topclubs stuiten nu op hun financiële beperkingen en ik verwacht dat Zjordania van­af de winterstop steeds grotere spelers naar Arnhem gaat halen.

De acht jonge nieuwelingen die de president in de voorbije weken contracteerde vormen het eerste deel van de renovatie van het elf­tal. Maar daarbij blijft het natuur­lijk niet.

Voor het Nederlandse voetbal zou het een uitstekende zaak zijn als Vitesse zich in navolging van FC Twente voegt bij de topclubs Ajax en PSV. De landelijke praatpro­gramma’s en kranten lopen over van het linkse gezwam over de herkomst van het geld van Zjorda­nia. Ik kan me niet voorstellen dat Zjordania de zaakjes niet prima op papier heeft vastgelegd. Zijn vriend Roman Abramovitsj zal hem ongetwijfeld hebben verteld hoe hij het destijds heeft gedaan bij Chelsea.

In plaats van die moralistische prietpraat verdient Zjordania waardering voor het feit dat hij een club met potenties redt van een zekere ondergang.

Column door Gerard Borgman

De Gelderlander