4 november 2020 In de media

Spors: ‘Zonder filosofie of plan heb je niks aan geld’

Vitesse is de revelatie van het nog jonge seizoen. VI ging in gesprek met de architect. De Duitse technisch directeur en politicoloog Johannes Spors (38) wil in Gelredome geen grenzen meer in het denken. ‘Ik geloof niet in limieten, omdat dat niet helpt bij het behalen van doelen.’

Weet u hoeveel technisch directeuren in Nederland zelf geen betaald voetbal hebben gespeeld?

‘Nee. Maar dat zullen er waarschijnlijk niet veel zijn.’

U studeerde zelf nota bene politicologie.

‘En sportwetenschappen. Ben ik ook in afgestudeerd. Ik heb heel veel geluk gehad dat ik bij TSG Hoffenheim mijn eerste stappen als videoanalist kon zetten. Het was 2006 en we zaten in een digitale revolutie. Mijn geluk was dat daar een heel klein clubje mensen bezig was met enorme dromen. Een dorpsclub die met nieuwe ideeën de Bundesliga wilde bestormen. Dat was anders dan bij andere traditionelere clubs. Innovatie was juist gewenst. De eigenaar was ook de man met een van de grootste IT-bedrijven in Duitsland en vandaaruit was er al een andere manier van kijken naar andere middelen. Het verhaal van Hoffenheim is wel bekend. Die club wilde omhoog en vond dat je het verschil juist kon maken door anders te denken en doen. Hansi Flick werkte er, nu trainer van Bayern München. Ralf Rangnick ook, hij heeft die club gevormd en was later de man achter Red Bull Leipzig.’

En een tikje gechargeerd misschien, maar u kwam binnen als een ambitieuze student met een camera.

‘Haha. Nou, ik was daar niet een belangrijk iemand, maar het verschil was dat je desondanks werd meegenomen. Dat je ruimte kreeg je te ontwikkelen. Je moet je ook een kern van vijf, zes mensen voorstellen, die aanvankelijk dag en nacht bezig waren met een droom. Dat waren niet de minsten. Ik zat wel bij de overleggen met die mensen en leerde iedere dag bij. En ik deed blijkbaar iets goed, want ik mocht steeds meer doen met videoanalyses, datascouting enzovoort. Je moet teams gaan sturen. Uiteraard was er geld, maar we zagen hoe de nieuwe structuren en speelfilosofie enorme resultaten brachten. Van de derde divisie stoomden we op naar de Bundesliga en daar stonden we drie jaar later eerste met de Kerst. Heel Europa kwam ineens kijken wat er in dat kleine dorpje gebeurde.’

U groeide mee en werd op een gegeven moment bijna een cultuurbewaker.

‘Dat is een groot woord. Maar dat ik enorm veel verantwoordelijkheid kreeg, is een feit. Dat zie je niet aankomen, dat zijn dingen die gebeuren. Op een gegeven moment vertrokken de mensen die het bij Hoffenheim hadden opgezet en was ik een van degenen die wisten hoe we werkten. Als vanzelf was ik in een andere positie gekomen. Dat was ook nieuw. Dan moet je trainers als voormalig kampioen Markus Babbel in de rust voorzien van analyses. Dan is er weinig tijd, dan is er veel druk. En dan staat daar een ventje van dertig die Spors heet. Dan kom je niet weg met onzin. Dan moet het to the point zijn en moet je in staat zijn onder grote druk te communiceren, anders ben je er geweest, zeker in het voetbal. Ook dat zijn ervaringen, die je bevestigen in wat je eigenlijk al wist. Je hebt zoveel geleerd, gezien en opgepikt, je wil verder.’

Vervolgens Red Bull. Nóg een club die vanaf nul de elite wilde bestormen.

‘Ja, dat was een grote beslissing. Voor mij, mijn vrouw, mijn kinderen. In Hoffenheim kende ik alles, het dorp, de club. Het voelde als een complete comfortzone en ik had daar misschien mijn hele leven kunnen blijven. Maar als ik zo in elkaar zou steken, was ik gewoon leraar geworden. Ik ben een nieuwsgierig mens, ik geloof niet in limieten of grenzen. Ik was ook benieuwd naar hoe het zou zijn met mij op een plek die nieuw was. Dan kun je weer instappen bij een inspirerend verhaal. Iedereen keek naar Leipzig en Salzburg. Vanuit het niets een voetbalbolwerk neerzetten. Bayern bedreigen. Toen ik tekende, was Leipzig net gepromoveerd naar de Tweede Bundesliga. En twee jaar later stonden we in de Champions League. Het was fascinerend in dat project te bewegen. De plannen waren extreem ambitieus. Niet alleen met geld, maar vooral om met een eigen filosofie het verschil proberen te maken.’

U kwam als hoofd scouting lekker binnen met ene Timo Werner.

‘Ja, er zijn wel meer goede spelers gekomen. Maar ik heb vooral zelf heel erg veel geleerd over druk. Dit was Hoffenheim in het kwadraat. Een totaal andere dimensie. Het was niet langer mogen, het was moeten. Je krijgt niet eens de kans een fout te maken. Problemen, wat zijn dat? Oplossingen! Dingen anders doen. Ik was daarbij niet alléén bij Leipzig, dit was teamwork en een project dat de hele wereld omvatte.’

U gaf ineens leiding aan een scoutingsnetwerk van honderd mensen.

‘Dat zijn jouw woorden. Over getallen zeg ik niets. Ik ben een open mens, maar ik denk dat ze bij Red Bull niet willen dat ik details geef waar ze zelf ook niet mee naar buiten treden. Maar laten we voor het gemak uitgaan van veel mensen, die in veel landen actief zijn. En je moet daar leiding aan geven, dan moet je aan de bak met structuren en communicatie. Het is natuurlijk niet zo dat iedereen maar ergens de rapporten over het hek gooit. Kijk, wat mij ook trok: Red Bull was bezig van New York tot Brazilië. Al vanaf de eerste dag dat ik er kwam was het inspirerend. Waar je bij veel clubs vaak hoort dat iets niet kan, was die opmerking daar al genoeg om richting uitgang te mogen. Alles kon namelijk en daar was geen limiet aan. Dan heb ik het weer niet over geld, maar over de filosofie.’

Zowel Red Bull als Hoffenheim beschikte over steenrijke eigenaars.

‘Dat klopt. Net zoals Vitesse ook een eigenaar heeft. Maar zonder filosofie of plan heb je niets aan dat geld. Rangnick was natuurlijk ook naar Red Bull gegaan en uiteindelijk is daar een filosofie ontstaan. Rangnick was de mastermind van Red Bull en het startpunt was hoe dan ook de speelstijl en de filosofie daarachter. Dat ging tot in de details. Over de speelwijze, over het type spelers dat je nodig hebt, hoe je die spelers scout, hoe je ze begeleidt. Hoe je de opleiding en doorstroming neerzet. Welke trainers heb je daarbij nodig? Overal maar dan ook echt overal wordt over nagedacht. Kijk je goed naar Red Bull en Hoffenheim, dan zie je dat er stap voor stap met een heel duidelijk plan is gewerkt. Er wordt niet met geld gesmeten. Wel wordt in een consistente lijn gewerkt waar iedereen in mee gaat en waar iedere beslissing uiteindelijk versterkend moet werken in het einddoel.’

Intussen is de hoon omgeslagen in respect. En dan heeft u bij twee van dat soort innovatieve clubs gewerkt en vertrekt u naar Hamburger SV. Een dinosaurus, ook qua denken.

‘Haha, ook dat zijn jouw woorden. HSV was voor het eerst in de geschiedenis gedegradeerd. Dat was een schok voor de club en juist een uitdaging voor mij. HSV is een enorme club in Duitsland. Ze wilden daar het roer omgooien en zeg nou zelf: dat is een prachtige uitdaging. Ik was benieuwd naar hoe de wereld zou zijn bij een ander soort club. Achteraf kun je het wel vergelijken met een verhuizing van de Zuidpool naar de Noordpool.’

U leerde al snel dat er veel ineens niet meer kon.

‘De sleutelmensen in de club stonden volledig achter de plannen, achter de nieuwe filosofie, maar het duurde niet lang voordat de mensen die me gehaald hadden, zelf wegmoesten. Dan wordt alles anders. Ik heb een boel kunnen doen, zeker in de maanden dat er verder geen technisch directeur was. Vergis je niet. De salarissen moesten flink terug, op de transfermarkt moest er miljoenen winst worden geboekt. Dat lukte allemaal, er stond een ploeg van ongeveer 22 jaar gemiddeld. We haalden de halve finale van de Duitse beker.’

En werden vierde in de Tweede Liga.

‘En geen derde, en dat maakte het hele verschil. Ik heb het idee dat ik daar maar een paar maanden echt heb kunnen doen wat ik wilde. Daarna werd het iets anders dan ik wilde. Dat kan, maar als je niet samen een filosofie hebt, dan wordt iedere beslissing ad hoc. Maar goed, ik heb de ervaring gevonden die ik wilde. Het was een prachtige ervaring en ik heb gezien wat ik zeker níét meer wilde. We zijn uit elkaar gegaan en ik ben in wel elf, twaalf landen gaan kijken en praten. Er waren genoeg clubs waar ik aan de slag kon.’

Hoe kwam u bij Vitesse terecht?

‘Via een wederzijdse bekende. Vitesse zocht iemand die blijkbaar mijn profiel had. Dan volgt een gesprek en ik werd echt heel snel heel erg enthousiast. Het ging niet over geld of het aantal jaren, maar ik wilde gewoon voldoende ruimte om het op míjn manier te doen. En begrijp me niet verkeerd: mijn manier is ónze manier. Maar dan moet iedereen ook geloven in die plannen. Nou, dat werd vrij snel duidelijk met de eigenaar, directeur en board. Een jong team, een aantrekkelijke speelstijl, een nieuw elan. Aandacht voor de jeugd. Vitesse wilde innovatie, een moderne club.’

U bent nu een half jaar in dienst in Arnhem.

‘Dit land, deze club maar bovenal de kans echt samen iets op te bouwen volgens een filosofie waar ik in geloof. De Eredivisie is een bijzondere liga, waar de wil groot is om talenten te brengen. Waar stijl ook belangrijk is. Waar de aanval wordt gewaardeerd. Ik denk dat we met de andere accenten in onze speelstijl daaraan wel weer wat kunnen toevoegen. Ik ben nog steeds enthousiast. Onze trainingsfaciliteiten zijn op Bundesliga-niveau, de entourage rond de club is erg professioneel opgezet en mensen binnen de club staan open voor innovatie.’

Alles is leuk als je bovenaan staat, toch?

‘Natuurlijk is het leuk dat je na zeven wedstrijden mede aan kop staat. Maar dat is een foto. Het belangrijkste van die resultaten is dat de spelers de bevestiging krijgen van de waarde van wat we van ze vragen. De wedstrijd tegen PSV kan ook zo de andere kant op vallen. We hebben echt nog geen wedstrijd met gemak gewonnen, hoor. Maar ik voel wel dat we de hele groep achter de intenties en spelfilosofie hebben gekregen. Dit voetbal wordt steeds leuker voor onze spelers en steeds minder leuk voor de tegenstanders. Wat dat betreft waren bijvoorbeeld de 25 doelpogingen tegen Ajax in Amsterdam misschien wel de beste indicatie.’

De spelers zijn steeds duidelijker. Die zeggen dat ze na Ajax en PSV voor niemand bang hoeven te zijn.

‘Ik vind dat we nooit in limieten moeten denken. Als je een wedstrijd ingaat, kun je altijd winnen, ook tegen Ajax. Dan moet je ook gaan om te winnen. Als je niet speelt om te winnen, dan kun je beter thuis blijven. Wij verloren uiteindelijk van Ajax. Maar dan wel na een strijd. Vitesse moet overal lef tonen, intensiteit brengen. Risico durven nemen.’

Wat zijn de belangrijkste beslissingen geweest?

‘De eerste en belangrijkste beslissing is natuurlijk de trainer. Die moet op dezelfde lijn zitten. Thomas Letsch is de juiste man. Niet omdat we elkaar al kenden vanuit Red Bull, wel omdat we qua filosofie van voetballen bijna volledig op een lijn zitten. Hij is net als ik en veel andere trainers enorm beïnvloed door het gedachtegoed van Helmut Gross. Hij is hier niet bekend, maar een fenomeen in Duitsland. De hersens van het voetbal, noemen ze hem.’

Op uw eerste werkdag zaten we ineens in een lockdown.

‘Klopt. Dat is niet de start waarvan je droomt. Maar je kan daarvan balen, het gaf ons ook een unieke kans de nieuwe stijl te implementeren. Een van de belangrijkste beslissingen die we hebben genomen, is toch al op 1 juli te gaan trainen terwijl alles stillag. We waren ook de eersten, volgens mij. Maar dat zorgde wel dat we meteen echt een goed beeld kregen van de mogelijkheden in de selectie. Dat viel niet tegen. Thomas zag al veel mogelijkheden en we hadden ook snel duidelijk waar we in elk geval versterking wilden en bovenal waarom.’

Vitesse gaf nul euro uit tijdens de zomerse transferperiode.

‘Aan het einde van dat blok konden we drie spelers op één dag presenteren. Dat was een belangrijk moment, omdat het een impuls gaf aan het tweede trainingsblok, waarin we ook oefenwedstrijden gingen spelen. We hadden nog wel wat wensen, maar aan de basisvoorwaarden was voldaan. Het team stond zogezegd al. Als je dan de hele oefenperiode niet verliest en bij PSV relatief gemakkelijk overeind blijft, wordt de manier van voetballen ook iets wat de spelers omarmen.’

Met het vertrek van Tim Matavz en Bryan Linssen leek een scorende aanvaller de prioriteit.

‘Op het moment dat je weet wat je samen wilt, dan weet je ook welke spelers je zoekt. Iedereen vroeg hoe we die doelpunten gingen compenseren. Maar als je weet dat je heel anders gaat spelen, dan hoef je ook niet op zoek te gaan naar een spits die je tien of vijftien doelpunten garandeert. Die waren er genoeg te vinden. Maar wij wilden jeugdige, hongerige spelers. Met diepte, veel loopacties, Niet per se een team gericht op een afmaker maar een ploeg waarbij iedereen in scoringspositie zou kunnen komen. Waar vroeg druk wordt gezet. We hadden al gezien dat er nog steeds veel kwaliteit in de voorhoede zat. Met Loïs Openda wisten we dat we een snelle aanvaller hadden, die dan weliswaar in de statistieken bij Brugge niet veel had gescoord, maar wel als centrale aanvaller bij de Belgische selecties. Daar speelde hij op een andere positie. Voor Armando Broja waren we ook allang bezig met Chelsea, maar het was nog niet mogelijk het toen al te finaliseren, maar is al die tijd wel ons doel gebleven. Beide spelers gaan echt nog verbazen.’

Dat doen ze al. Bent u niet aangenaam verrast dan?

‘Jawel. Maar je moet je niet blindstaren op die punten, dat kan in wedstrijden zo dicht bij elkaar liggen. Ik ben vooral blij dat de trainer het voor elkaar heeft dat iedereen kan zien wat Vitesse wil. Dat de spelers erin geloven. Alles werkt altijd gemakkelijker als je wint, uiteraard, maar het zijn aparte tijden. Kijk naar wat er met AZ is gebeurd. Kijk ook naar wat er bij ons is gebeurd. Ik zat na een paar wedstrijden zelf ineens op de bank. De hele staf viel weg. Spelers vielen weg. Pas op de dag dat we uit tegen Ajax speelden, kon Thomas weer terugkomen. Het is een overgangsjaar, waarin we veel verrassingen gaan zien. Niemand kan voorzien wat voor problemen de coronacrisis nog verder gaat veroorzaken. Op die externe factoren heb je geen invloed.’

Maar voor iemand die niet in limieten gelooft, is een landskampioenschap dus ook mogelijk?

‘Ik geloof niet in limieten, omdat dat niet helpt bij het behalen van doelen. Maar ik weet waar Vitesse vandaan komt en ik weet ook dat we nul euro hebben uitgegeven aan transfers. Ons budget is ergens middenmoot Eredivisie en ik geloof in ijkpunten. Team, coach, staf, dat staat behoorlijk. Maar er is nog zoveel te doen. Jeugd, scouting, structuur. We moeten met Vitesse structureel Europees voetbal afdwingen. En daarna ook echt meedoen in Europa, dat is een duidelijke doelstelling. Of dat kan? Natuurlijk kan dat. Maar er gebeurt niets met praten, we moeten vooral blijven focussen op onze weg in dit overgangsseizoen.’

Bron: VI / Foto's: SV

Hoofdsponsor: