2 maart 2013 In de media

Succesteam van 1989 eert Theo

Theo Bos werd in 1989 kampioen met Vitesse. Donderdag overleed hij. Zijn ploeggenoten van toen rouwen.
Frans Thijssen was woensdag nog op bezoek bij Theo Bos. De voormalig international hoopte niet dat dat de laatste keer was dat hij zijn vriend levend zou zien. Een dag later overleed Theo Bos. De Elstenaar leed aan alvlees­klierkanker en werd slechts 47 jaar oud. „Veel te jong. Dat doet zeer”, aldus de Maldenaar, die bij Vitesse een centraal verdedigings­duo vormde met Bos. „Ik kwam in 1988 naar Vitesse. Theo schakel­de de spits uit, ik gaf rugdekking. Dat ging perfect. We werden kam­pioen.”

Volgens Thijssen (van 1988 tot en met 1991 bij Vitesse) had Bos een perfecte wedstrijdmentaliteit. „Hij was een winnaar, een vech­tertje. Hij was niet groot, maar verloor zelden een persoonlijk duel. En koppen kon die ook, on­danks zijn gebrek aan lengte.”

Bos begon in de zomer van 1988 op de bank. Trainer Bert Jacobs gaf aanvankelijk de voorkeur aan Roberto Straal. Maar Bos knokte zich in de basis en kwam uitein­delijk nog tot 27 wedstrijden.

„Theo nam al snel mijn plek over. Ik verhuisde naar de rechtsback­positie en speelde ook op het mid­denveld”, vertelt oud-ploegge­noot Roberto Straal (van 1987 tot 1994 bij Vitesse). Straal kijkt met veel plezier terug op het kampioensjaar. „Voor de meesten van ons was dat een cru­ciaal jaar. Ik brak door en zo wa­ren er wel meer spelers die door­braken.”

Martin Laamers is één van die spe­lers. Hij haalde zelfs het Neder­lands elftal. Laamers groeide op in de Arnhemse volkswijk Geiten­kamp, net als Theo Bos. „Dat schepte een band. Als kinderen voetbalden we samen op het schoolplein. Theo was iets ouder en daarom fysiek een stuk sterker. Maar ik wilde mij niet laten ken­nen.”

Later, bij Vitesse, vormde Laa­mers tijdens het kaarten een duo met Bos. „Tijdens de busreizen werd er geklaverjast. „Dan namen we het op tegen Frans Thijssen en Anne Evers. Wij wonnen bijna al­tijd.”

Thijssen beaamt dat. „Onlangs hebben we het klaverjassen weer opgepakt. Dan reed ik op maan­dag naar Elst, om met Theo te kla­verjassen. Dan was het gezellig, ook al was Theo toen al erg ziek.”

Bij Straal kwam het overlijden van Bos ‘keihard’ aan. „Je weet dat hij erg ziek is, maar dan nog. Het moment dat je hoort dat een vriend is overleden, is altijd een schok. Ik heb mijn vader twee jaar geleden aan kanker verloren. Het is een vreselijke ziekte.”

Wat rest zijn herinneringen. En dat zijn er veel. Want met Theo Bos ging je graag op stap, zo ver­telt Thijssen. „Theo was een per­soonlijkheid in en buiten het veld.”

Laamers: „Als speler wist je al dat Theo later een trainer zou wor­den. Organisatorisch had hij de za­ken altijd goed voor elkaar. En hij had charisma. Maar je kon ook met hem dollen. Als we tijdens de wedstrijd onder druk kwa­men, dan wilde ik nog wel eens een weddenschapje met hem aan­gaan. ‘We houden dit niet vol’, zei Theo dan. En dan zei ik: ‘Wedden van wel?’ Zo hielden we elkaar scherp.”

Zoals bij elke selectie kan niet ie­dereen spelen. Patrick Baltus was in het kampioensjaar, zoals hij zelf zegt, de twaalfde man. Hij kwam achtmaal in actie. „Ik herin­ner mij van dat jaar vooral de wed­strijd dat we kampioen werden. Toen werd ik door een fan hard­handig beroofd van mijn shirt, ik stikte zowat.”

Volgens Baltus heeft Bos het maximale rendement gehaald uit zijn voetbalcarrière. „Op karakter kan je veel bereiken.”

Gelderlander / Foto’s SV

Hoofdsponsor: