8 januari 2011 In de media

Ted van Leeuwen: ‘Wij zijn Manchester City in ’t klein’

Technisch directeur Ted van Leeuwen was bij Vitesse gewend te winkelen met een lege portemonnee. Totdat Merab Jordania binnen kwam zeilen en plots alles anders werd. Opeens was Van Leeuwen de sleutelfiguur in een meeslepende revolutie. „Het is geweldig, dit.”

Ted van Leeuwen geniet als technisch directeur van revolutie en razendsnelle ontwikkelingen bij Vitesse.

Naast elkaar zagen ze de schrobbering tegen FC Twente aan, Ted van Leeuwen en Merab Jordania, op het ereterras in Enschede. De technisch directeur en de geldschieter. Zwijgend op hun stoeltje. "Op zo'n moment kun je alleen maar in stilte lijden," zegt Van Leeuwen over de 5-0 bekernederlaag in Enschede, Vitesse's pijnlijke slotstuk van het turbulente jaar 2010. "Verschrikkelijk echt. De totale weerloosheid waarmee we op het veld stonden. Ik heb die nacht hooguit twee uur geslapen." Zeker bij Vitesse komt zo'n nederlaag aan tegenwoordig, juist nu de club zo hartstochtelijk vooruit wil, onder impuls van de miljoenen van Jordania. „Zo'n inmaakpartij schaadt het hele proces waarin wij zitten," aldus Van Leeuwen. Het raakt alleen al de mogelijkheden die je hebt om een speler te overtuigen naar Arnhem te komen. Kijk naar Willem II, als je vier punten hebt, wordt het alleen maar moeilijker om je elftal te versterken."

Hoe vaak wordt u nog geconfronteerd met het aanstaande landskampioenschap van 2013?
Ted van Leeuwen: „Nog elke dag. Kijk, zelf was ik er nou niet zo'n voorstander van om het op die manier te brengen. Maar we hebben het wel gezegd, dus we zullen er ook mee om moeten gaan. Dus dan leg ik uit dat het doel is om binnen drie jaar richting de top te groeien. En dat we binnen die periode naar een begroting willen van 40 miljoen euro, ongeveer het budget waarmee AZ en FC Twente ook kampioen werden. Het punt was: in Georgië is het heel normaal om uit te spreken dat je kampioen wilt worden, als een soort blijk van ambitie. In Nederland worden zulke dingen gelijk letterlijk genomen. De media slaan je er elke dag mee om de oren."

Is uw werk leuker geworden sinds de komst van Jordania?
"Absoluut. Vele malen leuker. Het is geweldig dit. Vitesse was de laatste jaren een club die voortdurend in beperkingen moest denken, in onmogelijkheden. Nu liggen er juist ontelbaar veel mogelijkheden. Dat vraagt een omslag in denken, van iedereen, maar het is ontzettend inspirerend. In mijn rol betekent het dat je in een veel hoger niveau kan denken. Waar je vroeger naar Jong Ajax tegen Jong Heracles ging, ga ik nu in de Europa League kijken naar mogelijke nieuwe spelers. Je denkt voortdurend na over wat er beter moet, in de organisatie, in de accommodatie. Er gaan opeens heel andere deuren open."

Van Leeuwen staat op en pakt twee tekeningen uit de kast. Gelikte schetsen van de hypermoderne trainingsaccommodatie, die Vitesse nog in de eerste helft van 2011 gaat bouwen op Papendal. Geschatte kosten: 4,5 miljoen. „Deze club is jarenlang uitgehold," zegt Van Leeuwen en hij wijst naar de muren van De Slenk, de thuishaven van Vitesse op Papendal. „Niets was mogelijk, alles werd minder en armoediger. Als jullie zo de deur dicht trekken, stort hier alles in elkaar. Een nieuwe accommodatie is cruciaal om verder te groeien. Vitesse heeft het digitale tijdperk compleet gemist. Zoiets alledaags als videoanalyse, daar is hier nooit geld voor geweest. Deze club moet in alle opzichten vooruit, en zo snel mogelijk."

Hoe liggen de verhoudingen bij het Vitesse van nu?
Heel simpel gesteld: wie bepaalt welke speler er wel of niet komt, u of Jordania? "Bij vrijwel geen enkele club bepaalt één iemand welke speler er wordt gehaald of niet. Ook hier niet. We zijn voortdurend in gesprek, de trainer, Merab, ik. Welke mogelijkheden liggen er? Welke posities hebben prioriteit? Wat doen we als die of die weggaat? Wat doen we met het contract van een speler? Jordania zit daar bij, omdat hij een echte voetbalman is met een enorme feitenkennis en een groot netwerk. Jordania hoeft maar een spelersnaam te horen, of hij zegt: 149 wedstrijden, 37 goals. Hij houdt van voetbal, dat merk je aan alles."

Kan er ook wel eens iets niét bij dit Vitesse?
"Wanneer je samen alles hebt afgewogen en bekeken, bepaal je de strategie. Je haalt niet zomaar een speler op, het moet allemaal precies passen. De speler moet ook zelf willen, bijvoorbeeld. Is de uiteindelijke conclusie dat we die of die linksback.willen en - ik noem maar wat - hij kost 2,5 miljoen plus zeven ton salaris. Dan kijken de trainer en ik allebei opzij naar Jordania. Kan dat, vragen wij dan. En ja, als alles is afgewogen, dan kan het vaak."

Hoe voorkom je dat je veel teveel betaalt voor een speler, in jullie positie?
"Wij zijn Manchester City in het klein, wat dat betreft. Dat is wel eens frustrerend. Clubs vragen soms belachelijke bedragen voor een speler, simpelweg omdat ze denken dat we het toch wel kunnen betalen. Zaak is om de waarde van een speler zo zorgvuldig mogelijk te bepalen. Op basis daarvan doe je zaken. Of juist niet."

Vraagt u zich wel eens af waar al dat geld precies vandaan komt?
"Vragen jullie je wel eens af waar het geld van jullie bedrijf exact vandaan komt? Wie er achter die advertenties zitten? Volgens mij doet geen enkele werknemer dat. Dus nee, daar sta ik eigenlijk nooit bij stil."

En wat als het opeens ophoudt? Als Jordania er niet zoveel zin meer in heeft?
"De kans dat het hier opeens ophield, was vóór Jordania veel groter. Paul van der Kraan (algemeen directeur, red.) heeft daar nachtenlang van wakker gelegen. Het was schrapen en schrapen. Het ene gat vullen met het andere. Niet meer vol te houden, vrees ik, op termijn. En als ik nu zie hoe er in de club geïnvesteerd wordt, in de infrastructuur, in de accommodatie, tot verwarmde trainingsvelden aan toe. Dat doe je volgens mij niet als je zomaar wat spelers in een club wilt plempen. Dan werk je volgens een plan. Ik krijg nergens de indruk dat dit opeens op zou houden. Integendeel."

In hoeverre is Vitesse nu een soort Oost-Europees handelshuis, meer dan een voetbalclub?
„Vrijwel alle clubs zijn in essentie een handelshuis. Het is je core business. Je leidt spelers op, je huurt of koopt spelers, je verkoopt spelers. Steeds met als doel om er uiteindelijk beter van te worden, als club. Goede spelers op het veld hebben staan, daar draait het om. Alles daaromheen is een afgeleide. Een extra reclamebord of een sky- box verkopen, in de essentie is het allemaal bedoeld om een net iets betere rechtsback te kunnen kopen. Maar kijk eens naar al die jongens die we zelf hebben opgeleid: Pröpper, Van Ginkel, Felixdaal, Room, Büttner. Vitesse is een echte voetbalclub, met een geweldige jeugdopleiding."

Maar is het gevaar niet dat jullie een soort etalage worden, door grotere clubs gebruikt om spelers uiteindelijk makkelijker door te kunnen verkopen?
„Als wij die spelers niet zouden willen, dan komen ze toch niet? Wij laten ons graag gebruiken, want we worden er beter van. We kunnen betere spelers halen dan we tot voor kort voor mogelijk hadden gehouden. Bijna alle spe­lers die deze zomer zijn gekomen, stonden al op onze scoutinglijst. We konden ze alleen niet betalen. Alleen Kingston en Kashia kende ik niet, die komen uit het netwerk van Jordania."

Tot nu toe gaat het sportief nog niet bepaald soepel.
„Op het veld zit het tegen, absoluut. Maar we hebben, in de tien dagen die we in augustus hadden, wél een aantal goede spelers gehaald. Het gemiddelde niveau is absoluut om­hoog gegaan. Je moet dit zien als de eerste waaier, de eerste stap - en het lekt nog aan alle kanten. Wij weten exact waar we naartoe wil­len, maar dat proces heeft tijd no­dig. Het is een kwestie van doorse­lecteren, keer op keer. De minderen vallen af, met de besten willen we door."

Albert Ferrer, de nieuwe trainer, wij­zigt zijn basisopstelling wekelijks. Niemand is zeker van zijn plek. Die werkwijze zorgt binnen de selectie voor onrust.
"Dat valt wel mee hoor. Ik heb nog geen speler aan mijn bureau gehad die zijn onvrede heeft geuit. Al snap ik natuurlijk ook wel hoe dat gaat. Er wordt wat gemopperd te­gen een journalist en die schrijft het op. Deze trainer werkt zoals ze in Spanje, Engeland of Frankrijk al jaren werken. Dat is wennen voor sommige jongens. Die zijn gewend dat ze precies krijgen uitgelegd waarom ze niet spelen. Maar over een tijdje weet iedereen niet beter. En bovendien: de eerste achttien spelers zul je niet horen klagen."

Vitesse is een club volop In bewe­ging; was het niet beter geweest een trainer te kiezen die in elk geval rond het eerste elftal rust brengt?
„Ferrer is een trainer met een dui­delijke visie, daarom hebben we hem ook aangesteld. Als je Gertjan Verbeek aanstelt, moet je daarna ook niet gaan zeuren dat hij veel aan fysieke training doet. Je kiest voor een bepaalde visie en daar sta je samen achter. En die rust komt er straks echt wel. Toen Co Adriaanse bij Willem II begon, had je ook eerst dat verhaal met de ontslagen koffiejuffrouw. Ook Co wilde een cultuur veranderen. Volgens mij verloor hij met Willem II zijn eerste vijf wedstrijden, maar ze haalden wél Champions League."

Was Theo Bos in de oude situatie van Vitesse nog steeds trainer ge­weest?
„We wilden een trainer met een duidelijk plan. Ferrer past in de fase van vooruitgang die we in werking wilden zetten. Ik wil Theo hier niet beschadigen, en mij zul je ook nooit horen zeggen dat hij een slechte trainer is. Maar elke situa­tie is anders. De keuze voor Ferrer is heel bewust gemaakt. En het is zeker niet Jordania geweest die de beslissing nam om afscheid te ne­men van Bos, laat ik dat even be­nadrukken. Die indruk wordt weleens gewekt, maar dat is onzin."

Net als in de selectie, wilt u ook bin­nen de organisatie doorselecteren?
„Ja. Al heeft Vitesse überhaupt niet zoveel personeel in dienst, dus je kunt je afvragen wat er valt door te selecteren. Maar je hebt goede mensen nodig, op alle belangrijke posities. De jeugdopleiding is al fantastisch, maar straks willen we bijvoorbeeld twee videoanalisten aanstellen. Financieel kan dat nu al, maar we hebben op De Slenk simpelweg geen ruimte voor meer mensen.

FC Twente is in veel opzichten een voorbeeld van hoe je een club stap voor stap opbouwt. Zij heb­ben fantastische faciliteiten, ge­weldige scouts, supergoede trai­ners, enzovoort. Een modelclub, zoals wij dat over een paar jaar ook willen zijn."

Algemeen Dagblad

Hoofdsponsor: