Theo Bos voor altijd Mister Vitesse
Vijftien seizoenen in de hoofdmacht van de Arnhemse club, tussen 1983 en 1998, liefst 369 competitiewedstrijden. Het maakt hem tot een clubicoon, de grootste in de geschiedenis van Vitesse.
„Theo is het gezicht van Vitesse”, zegt Theo Janssen, middenvelder in het huidige elftal. „Charly Bosveld was voetballend misschien de beste speler die Vitesse ooit heeft gehad. Daarom begrijp ik dat hij is gekozen tot Vitessenaar van de vorige eeuw. Maar als je praat over iconen, dan noem je Theo Bos.”
Op 5 oktober 1965 wordt Bos geboren in het ziekenhuis in Nijmegen. Met zijn pleegouders en broer Hugo groeit hij op in de Arnhemse volkswijk De Geitenkamp, onder de rook van het voormalige stadion Nieuw-Monnikenhuize. Hij begint met voetballen bij de amateurclub Sempre Avanti, daarna wordt hij ook lid van de boksvereniging Muscular, maar op 13-jarige leeftijd kiest hij definitief voor het voetballen wanneer Vitesse hem een plek gunt in de jeugdopleiding.
Op 17-jarige leeftijd debuteert Bos in het eerste elftal van Vitesse.
Het is het begin van een imposante reeks, die eindigt op 25 maart tegen NAC Breda (4-1), de eerste wedstrijd ooit in GelreDome. Als centrumverdediger speelt hij altijd met rugnummer 4 en maakt hij de opmars van Vitesse mee.
Het kampioenschap in de eerste divisie in 1989, de Europese wedstrijden in de jaren negentig.
Theo Bos is er bij, want hij blijft zijn club altijd trouw. Nooit zwicht hij voor lucratieve aanbiedingen uit het buitenland, die er wel zijn geweest.
„Theo belde me een keer op een vrijdagavond”, zegt oud-voorzitter Karel Aalbers. „Hij moest met me praten. Hij zei: ‘Ik heb een aanbieding uit België en wil niet weg’. Theo had een aflopend contract. Tot in de kleine uurtjes hebben we gesproken en we hebben toen het contract verlengd. Onder het motto: jij hoort bij Vitesse, we laten je niet gaan.”
Bos is een verdediger, die zich staande houdt door een tomeloze inzet en een voortreffelijk spelinzicht. Op 27 januari 1999 krijgt hij samen met Edward Sturing een afscheidswedstrijd, tegen Schalke 04 in GelreDome. Aalbers: „Theo en Edward zijn twee coryfeeën die symbool stonden voor de opmars van Vitesse. Jongens met veel inzet, het hart op de juiste plaats.”
Daarna start Bos zijn loopbaan als trainer. Hij begint als jeugdtrainer bij Vitesse, wordt kampioen met B1 en is assistent bij het eerste elftal onder Ronald Koeman, Mike Snoei en Sturing. Dan wil Bos op eigen benen staan. ‘Als voetballer heb ik lange tijd in de eredivisie gespeeld. Nu wil ik weten waar mijn top ligt als trainer’, zegt hij in die tijd, voordat hij een contract tekent bij FC Den Bosch.
In januari 2009 komt zijn grote droom uit. Technisch directeur Marc van Hintum haalt hem naar Vitesse. Het begin is geweldig, want Bos leidt de ploeg vanuit de gevarenzone naar de veilige tiende plaats. Het seizoen daarop eindigt Vitesse als veertiende. Twee maanden na de komst van clubeigenaar Merab Jordania wordt Bos echter ontslagen en moet hij plaatsmaken voor Albert Ferrer.
‘Dit afscheid doet me pijn’, zegt Bos dan. En: ‘Ze kunnen me wel mijn baan als trainer afnemen, maar niet mijn liefde voor de club. Ik zal altijd supporter van Vitesse blijven’. Het is een reactie die Theo Bos typeert. „Zijn ontslag bij Vitesse is heel moeilijk voor hem geweest”, zegt Jan Streuer, gewezen technisch directeur van Vitesse. „Hij bleef een clubman en heeft zich nooit negatief uitgelaten over Vitesse. Dat tekent zijn mentaliteit.” Streuer is een persoonlijke vriend van Bos en kenmerkt de mens achter de trainer. „Iemand die houdt van gezelligheid, van lekker ouwehoeren bij een glas drinken of lekker eten. En iemand die open staat voor iedereen. Hij is Mister Vitesse, ook omdat hij zo sympathiek is. Vaak zijn dat topspelers, maar dat was Theo niet.
Hij was een echte Arnhemmer, een aanvoerder, die voorop ging in de strijd. Bij veel clubs staan standbeelden voor het stadion.
Als ze dat bij Vitesse willen doen, dan komt daar maar één man voor in aanmerking en dat is Theo Bos.’’
Na een korte flirt met Polonia Warschau gaat Bos aan de slag bij FC Dordrecht. In december 2011 wordt bij hem alvleesklierkanker geconstateerd en begint het gevecht met de slopende ziekte. Vitesse maakt op 26 juli 2012 een mooi gebaar, door de Zuid-tribune in GelreDome naar Theo Bos te vernoemen. Op 28 februari 2013 rouwt de Nederlandse voetbalwereld om zijn overlijden.
Eind 2012 geeft Bos een interview aan de NOS. Daarin stelt hij niet bang te zijn voor de dood. ‘Voor mezelf niet’, zegt Theo. ‘Wel voor mijn omgeving. Daar vind ik het wel erg voor. Nee, ik ben niet boos. Op wie moet ik boos zijn?
Het is wel jammer dat mijn lichaam me in de steek laat. Dat had best dertig jaar later mogen gebeuren’.
Zijn vrouw en drie kinderen zullen hem missen. Net als iedereen die Vitesse een warm hart toedraagt, Want Theo Bos is Mister Vitesse. Voor altijd.