Van blikgooi-incident naar succesverhaal
Frisdrankgigant Coca Cola was een van de eerste grote afnemers in verband met de afzet van koolzuurhoudende dranken in petflessen op de Amerikaanse markt. De Vereniging Milieudefensie sprak er indertijd schande van dat de bewindsman zich leende voor zo’n symbool van de ‘Amerikaanse wegwerpmaatschappij’. En een ‘bedreiging van het statiegeldsysteem voor glazen flessen’.
„Vandaag de dag kun je je haast niet meer voorstellen dat de invoering van de petfles dertig jaar geleden op zo’n breed verzet stuitte.
De petfles is wereldwijd (300 miljard flessen per jaar, PB) een niet meer weg te denken product”, aldus Jan Snellenburg (74) uit Velp, grondlegger van Desmacon. Niet de uitvinder, maar de ‘ontwikkelaar’ van de petfles.
Bij het grote publiek geniet Snellenburg, bestuurslid van Vitesse, vooral bekendheid als een van de drie investeerders van miljoenen in Vitesse om de voetbalclub in 2001 van de financiële ondergang te redden. Hij heeft een deel van zijn vermogen, verdiend met de verkoop van zijn bedrijven, gebruikt voor de redding van Vitesse, omdat hij ‘een geel-zwart hart’ heeft.
De bekendheid heeft Jan Snellenburg, afkomstig uit de gelederen van AKZO, voor een deel te danken aan zijn verschijning, in 1984, op televisie in de talkshow van de legendarische presentatrice Sonja Barend. In die uitzending kreeg hij de kans de voordelen van de petfles (onontplofbaar, licht, sterk, herbruikbaar, lage materiaal- en transportkosten) voor een miljoenenpubliek te etaleren. „Daarmee werd de petfles wereldberoemd in Nederland”, zegt de Velpenaar met een brede lach.
Frisdrankbedrijf Herschi bracht als eerste limonade in petflessen op de Nederlandse markt.
Door de internationale vraag maakte zijn bedrijf een stormachtige ontwikkeling door met de afzet van petflessen en preforms, een soort reageerbuisje waaruit de petfles onder hoge druk en warmte wordt geblazen. Daarna legde Jan Snellenburg de basis voor de recycling van de petfles: van fles tot korrels/snippers naar fles. „Daarmee werd een ideaal verwezenlijkt. Iets nieuws moet een verbetering zijn.”
Met de oprichting van enkele Arnhemse bedrijven (aanvankelijk Desmacon Recycling, daarna Snelcore en Texplast) zorgde hij voor nieuwe toepassingen van pet, zoals basecups (voetstuk) voor petflessen, plantenbakken en -kasjes en plastic folie voor de verpakkingsindustrie.
Snellenburg: „De petfles is geen afval. Pet is zo’n mooi product. De grondstof is voor de meest uiteenlopende kunststofproducten te gebruiken, bijvoorbeeld verpakkingen, strappings of fleecetruien. Pet is altijd herbruikbaar.”
Van blikgooi-incident naar succesverhaal
De petfles, de plastic frisdrankfles, is door een samenloop van omstandigheden ontdekt, schetst Velpenaar Jan Snellenburg (die bij AKZO heeft gewerkt).
Snellenburg: „Tijdens de UEFA- cupwedstrijd tussen Borussia Mönchengladbach en Inter Milan in 1971, geleid door scheidsrechter Jef Dorpmans (voormalig Vitesse- voetballer, PB), raakte een Inter- speler gewond door een colablikje. Een incident dat voetbalminnend Europa indertijd diep schokte. Dat blikje heeft nu een plek gekregen in het Borussia-museum. Bierbrouwer Heineken greep het incident aan om onderzoek te gaan doen naar een minder gevaarlijke verpakking voor drank in stadions. De UEFA verbood glazen flesjes en blikjes. Heineken klopte daarvoor aan bij Akzo, gespecialiseerd in kunstvezels. Al vrij snel bleek dat bier in een petfles onhaalbaar was. Een fles van polyethyleentereftalaat ofwel pet laat gemakkelijker gassen als zuurstof en koolzuur door. Daarom waren petflessen vooralsnog ongeschikt om bier te verpakken. Wel voor frisdranken, wat in 1976 leidde tot een fles, geschikt voor koolzuurhoudende frisdranken.”
In 1979 besloten Snellenburg en zijn zakenpartner Leo Maas, eveneens oud-AKZO, cosmetica-spuitflesjes van pet in eigen beheer te produceren.
Het Duitse concern Wella zorgde voor de eerste afzet. Na dit succes besloten de zakenpartners in 1982 met hun bedrijf Desmacon in Didam de petfles te produceren, maar dan voor koolzuurhoudende frisdrank. Als alternatief voor de ‘ontplofbare’ glazen flessen, zoals van Exota.
Het was een gouden idee. Het was de basis van een revolutionair product, een wereldvinding.