1 januari 2013 In de media

Van Ginkel, Bony springen eruit

Vitesse was vijftien duels de revelatie van de eredivisie. De euforie zakte de laatste weken iets weg. Marco van Ginkel enWilfried Bony sco­ren het beste tussenrapport.
Tussenrapport van Arnhemse ploeg na achttien competitiewedstrijden 

Het tussenrapport van de Vitesse-spelers over de eerste achttien wed­strijden ziet er ondanks de scheve schaats in december heel behoorlijk uit. Het best ge­waardeerd werden het aanstor­mende talent Marco van Ginkel (7.11 gemiddeld) enWilfried Bony, de topscorer van de eredivisie, met exact een 7.

In de bijgaande grafiek kunt u de volledige tussenbalans vinden op basis van de cijfers die onze Vites­se- watchers wekelijks uitdeelden.

De vraag of spits Bony met zijn zestien goals en drie assists niet be­ter of waardevoller was dan Marco van Ginkel met vier goals en vijf assists, is moeilijk te beantwoor­den. Maar cijfers liegen niet (al­tijd).

Hieronder een reflectie op de top 3 van Vitesse in 2012 en als tegen­hanger de 3 grootste tegenvallers.

1. Marco van Ginkel:

Maakte onder trainer Fred Rutten grote stappen voorwaarts. Zeker toen ook nog de gelouterde Theo Janssen er als dirigent op het mid­denveld bij kwam. Door de aanwe­zigheid van de dominante Janssen heeft Van Ginkel zich in zijn scha­duw kunnen ontwikkelen tot een dragende speler bij Vitesse en tot neo- international. Van Ginkel heeft rendement, verliest het nooit van zijn tegenstander, heeft een goede timing en zijn gevoel voor de vrije ruimte is uitstekend.

Twee belangrijke leermomenten hebben Van Ginkel mogelijk mede gevormd. In de Europa League­duels tegen het Russische FC Anz­ji Machatsjkala werd hij zowel uit als thuis meedogenloos op zijn plek gezet toen hij te lichtzinnig een duel aanging. Die duels vertel­den ook het grote verschil tussen Europees presteren en Hollands presteren. Van Ginkel is op dat laat­ste vlak de eredivisie al aan het ontgroeien.

2. Dat laatste kan ook worden ge­zegd van Wilfried Bony; het krachtmens uit Ivoorkust. De top­scorer van de eredivisie parasiteert voor een aanzienlijk deel op zijn fysieke kracht, die in Nederland ongeëvenaard is. Nog steeds leidt de manier waarop hij tegenstan­ders aan de kant zet tot ongeloof bij analytici. Bony kan uitstekende spitsengoals maken, maar mist de finesse van bijvoorbeeld zijn spit­senmaatje Jonathan Reis.

De vraag is dan ook of Bony stand zou houden in sterke Europese competities als Engeland, Duits­land, Italië of Spanje. Maar in de eerste seizoenshelft van de eredivi­sie heeft hij Vitesse zo regelmatig bij de hand genomen, dat zijn posi­tie als nummer twee dik verdiend is.

3. Piet Velthuizen staat er met 6.94 ook uitstekend voor, al heeft de zwakke decembermaand van Vitesse enorm afbreuk gedaan aan het beeld van zijn eerste seizoens­helft. Net als meerder spelers raak­te de doelman in een winterdip.

Een blunder op de slotdag tegen Heerenveen (de beslissende 2-1) verpeste een handvol knappe re­flexen die de doelman voor rust nog verrichtte. Bijna vergeten lijkt ook de periode dat Velthuizen tot in de tenen geconcentreerd Vites­se richting de top van de eredivisie hielp. Zo bleef Vitesse bij FC Utrecht overeind (1-2) dankzij een onvoorstelbare reflex in de laatste minuut. En in de topduels met Feyenoord, Ajax, FC Twente en PSV werd hij niet eenmaal gepas­seerd.

Trainer Fred Rutten valt met een 6.67 buiten het podium en staat vierde; net buiten de ‘prijzen’.

Tegenover het prima kerstrapport van de belangrijkste spelers staan ook enkele teleurstellingen. Hier­onder de top drie van tegenvallers.

1. Davy Pröpper komt er ook on­der Fred Rutten, die veel energie steekt in de individuele ontwikke­ling van spelers, niet aan te pas.

De Arnhemmer gaf vorige week te kennen dat hij verhuurd wil wor­den. Begrijpelijk; Pröpper is bezig met een gevecht om te slagen als profvoetballer en dreigt dat te ver­liezen. Hij begon vier keer in de ba­sis en mocht zes keer invallen, maar Pröpper staat stil. Zijn soms werkelijk briljante ingevingen gaan gepaard met te veel onacht­zaamheid en verkeerde keuzes om te slagen in de top van de eredivi­sie. De basis – een simpele foutloze wedstrijd spelen op het midden­veld – ontbreekt. Pröpper lijkt dat zelf ook wel te weten, maar krijgt het roer niet om. Een half jaar bij een nieuwe club en bij een nieuwe trainer het gevecht aangaan, lijkt de enige verstandige optie.

2. Giorgi Chanturia kan de hoge verwachtingen niet waar maken.

De ‘Messi’ van Georgië stond pre­cies één competitiewedstrijd op het veld. Zijn zware schorsing na een rode kaart bij Jong Vitesse kostte hem midden in het seizoen zes weken. De komende maanden speelt hij in de zware Russische competitie bij de nummer voor­laatst Alania Vladikavkaz. Een keu­ze die niet heel logisch lijkt, want de druk is daar groot. Maar wie weet is hij daar op basis van ‘on­voorwaardelijk vertrouwen’ heen gestuurd. Chanturia is nu geen schim van het lefgozertje dat bij zijn debuut elke tegenstander aan­durfde en altijd op zoek was naar goals. Zijn acties zijn geforceerd en hebben zo nauwelijks meer kans van slagen. Een andere omgeving is geen slechte optie.

3. Dan Mori. De verdediger uit Is­raël verving de laatste twee duels Jan-Arie van der Heijden centraal in de verdediging. Buitenlandse spelers hebben altijd tijd nodig om te wennen. Maar Mori viel zelfs tegen de amateurs van ADO’20 (10-1 winst) zo uit de toon, dat het een raadsel is waar­om Rutten hem tegen Heerenveen durfde op te stellen. Eenmaal, on­der zware druk bij FC Groningen, viel hij uitstekend in. Toen moest Vitesse met tien man verder en stond de ploeg met de rug tegen de muur. Mori bleek een muur van beton. Als dat de enige rol is die de Israëliër kan spelen, is dat wel erg mager.

Gelderlander / Foto’s SV

Hoofdsponsor: