13 juli 2011 In de media

Van Leeuwen: ‘Ons gebrek aan uitstraling kost veel geld’

In de tocht naar de top beklimt Vitesse vele bergen. Begeerde spelers ruiken geld, hun zaakwaarnemers wellicht nog meer, en met het verstrijken van de tijd neemt het ongeduld van de supporters toe. VI bezocht Arnhem in de eerste volle week van John van den Brom. ‘Een Stradivarius heeft ook zo z’n prijs.’

‘Een tip voor de zomer? Jo Nesbo. Een Noor. Vind ik met afstand de beste in zijn soort van dit moment.’ Ted van Leeuwen geeft adviezen en voor de verandering gaat het niet over spelers. De technisch directeur van Vitesse houdt van boeken, en zijn vizier staat de laatste maanden nogal gericht op het Scandinavische thrillergenre. De Millenniumreeks van Stieg Larsson verslond hij als een spannende voetbalwedstrijd, de populaire Jussi Adler-Olsen viel hem tegen, en nu is er dus Nesbo. ‘Maar je moet beginnen met de Olso-trilogie. Als je daar eenmaal in zit wil je niet meer stoppen.’

Zijn liefde voor boeken komt Van Leeuwen dezer weken goed uit. Terwijl half Nederland uitwaaiert naar de vakantiebestemmingen, heeft de Apeldoorner veel weg van een toerist zonder geplande bestemming. In een paar maanden tijd vloog Van Leeuwen de wereld rond. ‘Waar ik ben geweest? Waar niet, dat is een betere vraag.’ Verre bestemmingen zijn meer regel dan uitzondering. Neem nu laatst, toen hij ’s middags terugkeerde uit Zuid-Amerika en een ochtend later alweer instapte voor een trip naar Japan. Hij geeft het toe: ‘Ik slaap, tot schrik van de dokter, de laatste weken op slaappillen. En zelfs mijn horloge weet inmiddels niet meer hoe laat het is.’

Van Leeuwen gebruikt het vliegtuig de laatste maanden zoals de gemiddelde Nederlander de stadsbus. En dus doodt hij de verloren uurtjes met lezen. ‘Een hobby die ik een paar jaar heb verwaarloosd, maar die je gelukkig zo weer oppakt. Weet je, ik krijg ladingen dvd’s opgestuurd van zaakwaarnemers.’ Hij wijst op een stapel op zijn bureau. ‘Dat is de opbrengst van één dag, thuis in mijn brievenbus. Handig voor in het vliegtuig hoor, maar na twee uur krijg ik vierkante ogen. En dan schakel ik over op mijn boeken.’

Politicus in campagnetijd ‘ledereen verdringt zich rond de pot met geld’
Alle Airmiles ten spijt, tot dusverre leverden de vliegreisjes van Van Leeuwen weinig op. Tenminste, weinig tastbaars, en dat is toch wat de supporters van de Arnhemse club graag willen. Vitesse lijkt dezer dagen veel op een politicus in campagnetijd. Veel beloftes, weinig resultaat. Het is vier dagen na de eerste gevoel van hoop overheerst nog altijd op Papendal.

Afgelopen zondag leek het hier wel uitverkoop in oorlogstijd, zo druk was het. En vandaag zien tientallen supporters hoe passie en plezier leiden tot een scherpe training. Maar het is exact een maand voor de saillante openingsronde in Den Haag tegen ADO, en slechts twee nieuwelingen vallen op. Marko Meerits (19), doelman en belofte uit Estland, tekende gisteren zijn contract en gaat vanaf vandaag de strijd aan met Eloy Room. Hij komt niet voor de bank, liet hij alvast weten.

En dan is daar Nicky Hofs. De verloren zoon, die terugkeerde van Cyprus en Arnhem het liefst nooit meer verlaat. Eerder deze week solliciteerde hij openlijk naar een contract bij Vitesse, waarna trainer John van den Brom aangaf dat de middenvelder daar niet op hoeft te rekenen. En toch, als iemand de Vitesse-looks heeft, dan is het Nicky Hofs. Momenteel bovendien afgetrainder dan ooit. ‘Je bent strakker zonder dan met club,’ dicht Van Leeuwen hem toe. ‘Maar daar kan je binnenkort wel mee stoppen Nick. Als de zomer straks over is, hoef je het strand niet meer op.’ Van Leeuwen lacht. ‘De beleving was goed. Maar ja, als dat in een eerste week en met een nieuwe trainer al niet het geval is…’ Is de td tevreden als hij de ploeg ziet? ‘Nee, natuurlijk niet. Veel te weinig spelers…’

En dus gaat het een half uur later, als we aanschuiven in zijn kantoor, vooral over de moeilijk-heden die schuilgaan achter deals. ‘Supporters zien uiteindelijk alleen het resultaat. Of niet. Maar er gaat natuurlijk een heel proces aan vooraf.’ Ook deze week is dat bij Vitesse niet anders. Meerits kwam, de Ecuadoriaan Renato Ibarra, volgens Van Leeuwen ‘net Finidi George,’ landt vandaag en tekent een driejarig contract, maar de transfer van Radosav Petrovic hangt als een rups aan een zijden draad. Terwijl algemeen directeur Paul van der Kraan de komst van de Serviër vorige week toch al aankondigde? ‘Ik ben er altijd op tegen dat namen uitlekken! toont Van Leeuwen zich kritisch. ‘Maar ja, ik werk hier om spelers binnen te slepen en op kantoor zijn ze er weer om seizoenkaarten te verkopen. Dat schept wel eens problemen.’

In ruim één uur tijd geeft Van Leeuwen een masterclass scouting én transferbeleid. Zelfs in een wereld waarin geld de dobber is waar de rest op drijft, is succes voor het puissant rijke Vitesse niet verzekerd. ‘Kort samengevat zijn er drie redenen waarom het op dit moment allemaal heel lastig is. Ten eerste is er weinig geld in het voetbal, en verdringt iedereen zich rond de pot met geld. Bij FC Utrecht zie je dat in het klein, bij ons in het groot. Iedereen weet of denkt in elk geval dat er bij Vitesse veel te halen is. Bovendien is er het feit dat Merab (Jordania, red.) in Zuid-Frankrijk zit en dat mensen uit de hele voetballerij daar bij hem aanwaaien. Iedereen wil iets van ons. Serieus, we worden echt bedolven onder de spelers.’ Tot slot, zo onderstreept Van Leeuwen, is er een bijzondere rol weggelegd voor de zaakwaarnemers. ‘Een kwalijke rol, als je het mij vraagt. Het zal wel met de herschikking van de makelaarswereld te maken hebben, maar het is allemaal agressiever dan ooit. Het gebeurt steeds vaker dat een zaakwaarnemer een speler aanbiedt die helemaal niet van hem is. We hebben dat heel goed gemerkt rond de Roemeen Valerica Gaman. Wij wilden hem heel graag halen, maar wisten gewoon niet of we met de goede mensen rond de tafel zaten.

Trainer met Vitesse-gevoel ‘Zo ga je niet met clubmensen om’
Vitesse wil naar de top, maar voelt zich in die tocht veelal een beginnend schutter in een jachtgebied. Vroeger zocht Van Leeuwen als speurneus van AGOW Apeldoorn naar talenten in de spelonken van de markt, en droeg hij eraan bij dat spelers als Nacer Chadli en Dries Mertens werden wie ze nu zijn. ‘Dries naar PSV, dat maakt me zo trots.’ Nu richt hij zich op grote namen, spelers die bij de halve Europese (sub)top op de radar staan. Zo schermt de eerder genoemde Pe trovic ineens met interesse van AS Roma. En dus lijkt alleen de portemonnee van Jordania spelers naar Vitesse te kunnen lokken. ‘Ik snap best dat wij meer moeten betalen, meer dan Wolfsburg of PSV. Puur omdat we de uitstraling nog missen, het gebrek aan uitstraling voor bepaalde spelers kost ons veel geld. Wat dat betreft zitten we in hetzelfde schuitje als Manchester City drie jaar geleden.’

Toch weigert Van Leeuwen zich mee te laten sleuren in de stroomversnelling van het grote geld. ‘Het moet wel binnen de perken blijven. Als we een speler op het oog hebben, calculeer ik altijd in wat hij over drie jaar kan op-brengen.’ Dat doet hij niet omdat Jordania winst hoopt te maken. ‘We hadden Wilfried Bony en Marcus Pedersen wel aan twintig clubs kunnen verkopen, maar we kunnen nu eindelijk eens nee zeggen. Ongelooflijk!’ Vitesse laat zich niet gek maken, uit realisme. ‘Arie van Os (oud-penningmeester van Ajax, red.) zei me ooit: "Je betaalt voor een schilderij wat het waard is’! En een Stradivarius heeft ook zo z’n prijs. Ik kijk ook zo naar spelers. Als we extravagante prijzen gaan betalen, raken we onszelf en de realiteit kwijt.’

Het was daarom ook dat Vitesse John van den Brom graag wilde, maar niet tot elke prijs. Toen het spaak liep met Ferrer, ‘en achteraf heeft me dat, gezien zijn cultuur en beroepsbeleving, toch niet zo verbaasd,’ dacht Van Leeuwen meteen aan de trainer die hij bij AGOW ook al meemaakte. ‘Iemand die aangetoond heeft spelers beter te kunnen maken. Bovendien werkt hij vanuit een filosofie dat iedereen een persoonlijke aanpak verdient. Daar hou ik van.’ En dat hij een verleden bij Vitesse heeft? ‘Ach, dat is mooi meegenomen, maar was niet mijn voorwaarde. Achteraf komt dat er bij, maar het gaat mij toch meer om zijn vakmanschap.’

De supporters denken daar an-ders over. Twee dagen later, als Vitesse het se-zoen aftrapt tegen Arnhemse Boys, schieten enkele supporters Van Leeuwen aan. ‘Wat je verder ook doet, fantastisch dat je Van den Brom hebt teruggehaald.’ Arnhem is blij met de terugkeer van de trainer. Van Leeuwen fronst zijn wenkbrauwen. ‘Lijkt er allemaal bij te horen, dit. Net als laatst op Schiphol. Wilden twee kinderen met me op de foto. Tja, ik vind dat toch wat apart…’

Of Van Leeuwen het nu belangrijk vindt of niet, feit is dat met de komst van John van den Brom een oud gezicht is teruggehaald. En dat daarmee de verwatering van de clubcultuur van de afgelopen maanden eindelijk een halt wordt toegeroepen. Vitesse, voor de buitenwereld toch de club die haar ziel verkocht voor geld, heeft daarmee eindelijk wat smoel teruggewonnen. Opeens weerklinkt de term Vitesse-gevoel. Maar wat is dat eigenlijk? ‘Dat is voor mij toch wel begonnen in de Eerste Divisie,’ aldus Van den Brom, die begin jaren negentig deel uitmaakte van het team dat promoveerde en uit het niets Europees voetbal afdwong. ‘Een vriendenteam, echt. Theo Bos, Edward Sturing, René Eijer, Martin Laamers, ik, maar nog veel meer. We spreken elkaar nog regelmatig. Dat gevoel is voor mij toen ontstaan. En op momenten dat de club afgleed, merkte ik dat het me pijn deed.’

Nu wordt Van den Brom ingehaald als verlosser. ‘Mensen moeten wel realistisch blijven. Ik ben geen tovenaar, maar denk wel dat we hier iets moois kunnen neerzetten. Ik ben tien jaar weggeweest, maar dat het enthousiasme nog zo groot is, doet me wel heel goed.’

Toen Theo Bos, oud-ploeggenoot maar bovenal vriend van Van den Brom, tweeënhalf jaar geleden terugkeerde, was het enthousiasme niet minder groot. Wat doet het de trainer dat hij nu wordt binnengehaald door de man die negen maanden geleden nog verantwoordelijk was voor het ontslag van Mister Vitesse Iheo Bos? ‘Ik vind dat je niet zo met trainers, en al helemaal niet met clubmensen moet omgaan. Al staat dat los van mijn aanstelling. Uiteindelijk zijn het de mensen met een hart voor de club die de club groot maken en groot houden. Ajax is misschien wel het mooiste voorbeeld, daar zien ze dat ook in, maar hetzelfde gebeurt bij Feyenoord, PSV en SC Heerenveen. De cultuur en het imago van de club moeten altijd bewaakt worden.’

Ster op geel-zwarte kicksen ‘Praten jullie allemaal maar’
Vitesse en imago, het is een heikele combinatie. Terwijl medewerkers trachten de club zo goed mogelijk in de publiciteit te krijgen, zal het Van Leeuwen een zorg zijn. Aanvankelijk voelde hij zich ook aangesproken door negatieve recensies, dat zeker. ‘Inmiddels denk ik: Praten jullie allemaal maar. Straks zullen we zien wie er gelijk heeft. En datzelfde geldt volgens mij ook voor veel supporters. Natuurlijk zijn ze het gelul van anderen zat. Ze worden altijd in de zeik genomen, vaak onterecht, maar dat kan ook de andere kant op werken. Zo van, wij zijn Vitesse en wij laten het even zien.’ Sterker nog, als het aan Van Leeuwen ligt, benut Vitesse de nieuw verworven uitstraling ‘Iedereen kent ons inmiddels, qua aandacht en publiciteit behoren we tot de topvier van het land. Daar moeten we iets mee doen.’

Even droomt hij weg. Naar de stropdas van Ajax met nummer één, en Bayern München. ‘Computerfabrikant Commodore zocht een arrogante, hautaine club. Dat werd Bayern, omdat Bayern zichzelf de beste vindt. Waarom zou dat hier niet kunnen? Sommige clubs zijn huiselijk, sommige provinciaal, Vitesse is zelfverzekerd en zelfbewust. Ik denk dat er best bedrijven zijn die zich daarmee willen associëren.’

Op zaterdag is daar nog weinig van te zien. Bij gebrek aan een nieuwe hoofdsponsor speelt Vitesse nog altijd met Spieren voor Spieren op het shirt. De V-hals in het geel-zwarte tenue is het enige dat nieuw is, zo klinkt het langs de lijn. Vanavond had eigenlijk Chelsea – mét, zo was afgedwongen, alle sterren – op het menu van Vitesse gestaan. Wie de beschikbare spelers op het winderige sportpark in nieuwbouwwijk Schuytgraaf ziet, vraagt zich af of Vitesse uit zelfbescherming niet zélf de ontmoeting met de Londenaren heeft afgezegd.

Voor rust ontwaren we Raynick Damasco en Wimilio Vink, na de pauze Nando Wormgoor, Mike Vreekamp en Ryan Bouwmeester. Frêle talenten, maar toch niet bepaald de goudklompjes die Vitesse al weken belooft. De gedrevenheid van Hofs is aanstekelijk. Als hij er een contract mee kon verdienen, bestuurde hij komend seizoen vermoedelijk zelfs de bus. Maar meest opvallend is toch wel de verschijning van Giorgi Chanturia, in de volksmond Gio. Nu al een nieuwe ster. En niet alleen vanwege zijn stijlvolle geel-zwarte kicksen. Arnhemse Boys mag dan met een kroegbaas in de defensie, en een verdwaalde Kameroener van twee meter twee in het doel spelen, de klasse druipt van de Georgiër af. Eén positie lijkt komend seizoen vergeven: met Chanturia heeft Vitesse weer een geboren linksbuiten.

Hoewel de uiteindelijke uitslag zelfs de grootste optimist weinig zegt, is de kop voor Van den Brom eraf. 14-0 winnen bij een debuut, dat is lekker. De elftalleider merkt op dat Vitesse niet vaak met zulke cijfers wint. Inderdaad, dat klopt. Maar om nu te zeggen dat met de nieuwe trainer de verandering al zichtbaar is, dat lijkt toch te vroeg. ‘Net als toen ik hier tien jaar geleden speelde, is Vitesse nog altijd heel ambitieus. Alleen, het komt er niet altijd uit. Dat is nu aan mij. Aan ons. Er zijn heel veel mogelijkheden, de club kan alleen maar groeien.’

Of zoals Van Leeuwen het formuleert: Van den Brom is gekomen om de taart te bakken, op de bodem die de technisch directeur legt. Enig probleem, die bodem is er nog niet. Op weg naar de uitgang treffen we de td, hij staat aan de vooravond van beslissende weken. ‘Nieuws? Nee, nog geen nieuws.’ Dat zal snel veranderen. De voorbereiding is begonnen, de competitiestart nadert. Maar de renovatie van Vitesse is nog lang niet voltooid. Ted van Leeuwen heeft nog veel boeken te gaan.

‘Na de trainerswissel was ik enorm opgelucht’

Alsof hij vooruit werd gedreven door zijn nieuwe rugnummer en bijpassende status, schaarde hij zich in het eerste duel van de voorbereiding tot de absolute uitblinkers. Davy Pröpper, wellicht het grootste Nederlandse talent uit de huidige selectie van Vitesse, speelde afgelopen zaterdag in het met 14-0 gewonnen oefenduel met Arnhemse Boys met nummer 10. Een nummer, door hemzelf aangewezen. ‘Nadat er zoveel spelers waren vertrokken, kwamen er nummers vrij. Ik mocht kiezen, en natuurlijk kies je dan nummer 10. Waarom? Omdat ik dat het mooiste nummer vind.’

Met het visitekaartje van de spelmaker op zijn rug hoopt Pröpper op een beter seizoen dan het voorbije jaar onder trainer Albert Ferrer. ‘Ik heb een ontzettend moeilijke periode achter de rug’, zo onderschrijft hij. ‘Had sterk het gevoel dat de trainer het niet in me zag zitten. Opeens zat ik op de bank. Zonder reden. Terwijl ik de eerste maanden onder Theo Bos alles speelde en echt een basisspeler was. Het is heel moeilijk om de knop dan om te zetten. Dus ja, toen ik hoorde dat de club niet verder ging met Ferrer was ik wel enorm opgelucht.’

De uitspraak van clubeigenaar Merab Jordania, die in VI aangaf het niet te snappen dat een groot talent als Pröpper zo weinig speelde, gaf de middenvelder een extra zetje in de rug. Onder John van den Brom hoopt hij, als spelmaker, eindelijk de definitieve doorbraak te verwezenlijken. ‘Toen ik de uitspraak van meneer Jordania hoorde, veerde ik echt even op. Maar nu moet ik het laten zien. Als ik mag kiezen, speel ik in een systeem met de punt naar voren op 70.’ Aan een voorspelling qua productiviteit waagt hij zich niet, weglopen voor de bij de 10 horende verantwoordelijkheid past eveneens niet bij hem. ‘Het lijkt me duidelijk dat het een stuk beter moet dan vorig jaar. De spelmaker is meestal een bepalende speler, ik zie het wel voor me dat te zijn.’

Arnhemse Boys-Vitesse 0-14
0-1 Chanturia, 0-2 Pröpper, 0-3 Bony, 0-4 Büttner, 0-5 Jenner, 0-6 Pröpper,
0-7 Chanturia, 0-8 Bony, 0-9 Pedersen, 0-10 Chanturia, 0-11 Chanturia, 0-12 Pedersen, 0-13 Vreekamp, 0-14 Vink

VI magazine week 28

Hoofdsponsor: