7 juni 2014 In de media

Vitesse investeert fors in talent

Arnhemse jeugdopleiding moet na financiële injectie binnen drie jaar bij de top van Nederland horen.
Met talenten als Roy Makaay, Theo Janssen, Stijn Schaars, Jhon van Beukering, Nic­ky Hofs en Matthew Amoah be­hoorde de jeugdopleiding van Vit­esse jarenlang tot de beste van Ne­derland. Vlak voor en na de twee­de millenniumwisseling werden diverse kampioenschappen in Arnhem gevierd. Daarna werd het stil. Davy Pröpper, Piet Velt­huizen, Alexander Büttner en Marco van Ginkel braken nog wel door, maar dat had vooral te ma­ken met hun exceptionele kwali­teiten. Onder algemeen directeur Paul van der Kraan (2004-2012) werd er noodgedwongen gesa­neerd en geld voor de jeugdoplei­ding was er nauwelijks. Hoe an­ders is dat nu. Vitesse heeft na de komst van Me­rab Jordania in 2010 vooral geïn­vesteerd in het eerste team, dat de weg omhoog heeft gevonden. Nu is het tijd voor de jeugd. Oud-spe­lers Theo Janssen en Marc van Hintum zijn vastgelegd om de scouting een kwaliteitsimpuls te geven. Vitesse maakte dinsdag be­kend dat ook Remco van der Schaaf terugkeert in Arnhem. De voormalige middenvelder heeft af­gelopen week zijn trainersdiplo­ma gehaald (TC III) en gaat assiste­ren bij een jeugdteam.

De terugkeer van veel oud-spelers maakt deel uit van een ambitieus masterplan voor de jeugd. Vol­gens hoofd opleidingen Gerry Hamstra (43), die vorige maand zijn contract met drie jaar verleng­de, moet de academie van Vitesse binnen drie jaar tot de vijf beste van Nederland behoren. Er is bud­get om talenten bij andere prof­clubs op te halen en er komt een high-performance analist full ti­me in dienst. Een cameraman maakt beelden van wedstrijden en trainingen. „Als Vitesse nu niet had geïnvesteerd, dan was dat voor mij wellicht een keuze geweest om verder te kijken. Ik heb mijn contract pas verlengd na­dat ik zeker wist dat de begroting rond was. Dat was voor mij een absolute must”, aldus Hamstra, die niet wil vertellen wat het bud­get van de academie de komende jaren is. „Maar dat wij komend sei­zoen meer te besteden hebben, is duidelijk.”

Tot en met het huidige seizoen werkte Vitesse in de jeugd met parttime trainers die ’s middags een paar uur op de club waren en daarna naar huis gingen. Hams­tra: „Begrijpelijk, want zij hadden een baan erbij en ook andere ver­plichtingen. Als ik om negen uur op de club kwam, was ik alleen.

Dat is komend seizoen anders, dan zijn er vijf jeugdtrainers fullti­me in dienst. Dan kunnen we echt doorpakken.”

De trainers van de oudste jeugd­teams (Onder 14, 15, 16, 17 en 19) hebben vanaf half juli een volledi­ge werkweek bij Vitesse, de coaches van de jongere teams blij­ven vooralsnog parttimers. Vites­se start komend seizoen met een team voor eerstejaars E-pupillen (onder 10 jaar). De Arnhemse club hoopt zo te voorkomen dat talent uit de regio al op heel jonge leeftijd vertrekt naar profclubs als Ajax, Feyenoord en PSV, waar ook F-pupillen trainen en wedstrij­den spelen. Hamstra: „Dat zijn verenigingen, dan mag je ook F-pupillen hebben. Wij zijn een stichting, dan gelden er andere re­gels. Maar met een extra jeugd­team aan de onderkant kunnen wij meer talenten voor Vitesse be­houden.”

Hamstra werkt sinds 2009 in Arn­hem. Hij combineerde zijn werk als hoofd opleidingen aanvanke­lijk met een trainersfunctie (On­der 19 en Jong Vitesse), maar sinds vorig jaar staat hij niet meer op het veld. In het verleden was hij hoofdtrainer van eerstedivisio­nist FC Emmen. Een baan als hoofdtrainer ambieert hij nog steeds, maar nu ligt zijn hart bij zijn huidige job bij Vitesse. „Ik zie kansen, wij werken in Arn­hem aan een internationale oplei­ding. Maar zeg nooit nooit, ik voel mij nog steeds een trainer. Ik vind dat een hoofd opleidingen in gedachte ook trainer moet zijn.

Een hoofd opleidingen moet kun­nen managen, maar niet te ver van het voetbal komen te staan.”

Afgelopen seizoen telde de acade­mie 142 spelers, komend seizoen zijn het er circa 150 (onder 10 jaar speelt zeven tegen zeven). Vorige week hebben de jeugdspelers van Vitesse gehoord of ze nog een jaar mogen blijven of niet. Dit jaar wordt er van meer voetballers af­scheid genomen dan in de voor­gaande jaren. De lat is hoger ko­men te liggen. Spelers teleurstel­len, het hoort er volgens Hamstra bij, maar leuk is anders. „Dat is voor ons de moeilijkste week van het jaar. Spelers en ouders vertel­len dat er bij ons geen plaats meer is, dat komt hard aan. De trainer brengt de boodschap over, maar ik zit daar wel vaak bij. De teleurstelling is groot. Maar aan de andere kant, ze zijn er niet slechter van geworden. Ik ben er­van overtuigd dat de speler in de periode dat hij bij ons is geweest, een betere voetballer is geworden en dat hij zich ook op persoonlijk vlak heeft ontwikkeld.”

Gelderlander /

Hoofdsponsor: