Vitessefamilie neemt afscheid van clubman Willem van Reem
Willem van Reem werd in juli getroffen door een hartaanval. Daarmee dacht de geblokte Geitenkamper zijn portie ellende te hebben gehad. De waarheid was een stuk wreder. Nog maar net opgeknapt, constateerden de artsen dat hij ongeneeslijk ziek was.
De laatste dagen was de baas van het washok niet altijd even goed meer aanspreekbaar. Maar toen voormalig perschef Ester Bal een kus op zijn voorhoofd drukte, verscheen om zijn mond een grote glimlach.
En met Wilfried Bony, die zich telefonisch meldde, voerde hij zelfs nog een kort gesprek. „Believe in God”, klonk de raad van de ex-goalgetter. „Ieder zijn eigen geloof”, antwoordde Willem. „Maar ik ga kapot.”
Toon Hartemink zat op dat moment aan zijn bed. Zoals elke dag. „Van collega’s zijn we vrienden geworden. Mijn band met Willem was heel nauw”, zegt de oud-speler en huidig hoofd jeugdscouting van de Arnhemse club.
De zoete inval van de geelzwarte familie in huize Van Reem deed en doet Hartemink deugd. ,,De afgelopen dagen is voor mij opnieuw duidelijk geworden hoe warmhartig de club nog altijd is. Alle respect ook voor Willems vrouw Willie. Tot het laatst stond de deur voor iedereen open.”
Willem van Reem haalde graag een geintje uit. Ester Bal: „Vroeg hij of je een gekookt eitje wilde en dan had hij dat ei alleen even onder de warme kraan gehouden. Had ik een rauw ei over mijn kleren lopen. Maar op Willem werd je nooit kwaad. ’s Morgens om zes uur als eerste op de club. En vaak weer als laatste weg. In het stadion was hij mijn steun en toeverlaat bij het perscentrum. Daar heeft hij Johan Derksen nog een keer tegengehouden omdat hij niet de juiste toegangskaart had.”
Die laatste anekdote klinkt Toon Hartemink bekend in de oren. ,,Willem was recht voor de raap. Als je vervelend was, had je een verkeerde aan hem. Maar veel meer spreekt zijn vriendelijkheid. Willem stond voor ons allemaal klaar. Dag en nacht.”
Ook voor collega-materiaalman Marco Kamphuis was Van Reem een man die overliep van warmte voor een ander. „Willem was de regisseur van Hollywood aan de Rijn. Boegbeeld van de club. Daarvan komt er geen tweede. Willem hield in roerige tijden de boel bij elkaar. Hij heeft mij gemaakt tot wie en wat ik nu ben. Daar blijf ik hem altijd dankbaar voor.”